Extra verhoging AOW-bedrag van de baan
DEN HAAG (ANP) – De extra verhoging van de AOW-uitkering die het kabinet had afgesproken in het pensioenakkoord met werkgevers en werknemers gaat niet door. Het AOW-bedrag zou vanaf volgend jaar in stapjes omhoog gaan tot 2028. In dat jaar zou het 10 procent hoger zijn dan nu.
Tegenover het schrappen van deze verhoging staat dat een al bestaande koopkrachtmaatregel voor 65-plussers, die volgens het pensioen akkoord zou sneuvelen, overeind blijft. Dat blijkt uit een brief die minister Henk Kamp van Sociale Zaken vrijdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Kamp legt daarin uit wat de gevolgen zijn van het Lenteakkoord, dat VVD, CDA, D66, GroenLinks en ChristenUnie in de Tweede Kamer hebben gesloten. Onderdeel daarvan is een snellere verhoging van de AOW-leeftijd dan in het pensioenakkoord staat.
Volgens dat akkoord zou de pensioenleeftijd in 2020 in één klap van 65 naar 66 jaar gaan. Volgens het Lenteakkoord gaat hij echter volgend jaar al met een maand omhoog. In 2014 en 2015 komt er weer een maand bij, in 2016, 2017 en 2018 steeds 2 maanden en in 2019 3 maanden. In 2023 gaat de pensioenleeftijd naar 67 jaar en daarna wordt hij gekoppeld aan de levensverwachting
Er komen wel enkele maatregelen om het inkomensverlies van de eerdere verhoging van de pensioenleeftijd te compenseren. Zo kunnen AOW’ers zo nodig een voorschot krijgen. Ook kunnen ze een beroep doen op de bijzondere bijstand als ze onder het sociaal minimum uitkomen. Bovendien zal de AOW-toeslag voor mensen met een niet-pensioengerechtigde partner, die in 2015 zou verdwijnen, enkele maanden langer doorlopen.
Het kabinet schrapt verder de werkbonus, een fiscale tegemoetkoming voor werkgevers en werknemers om ouderen langer aan de slag te houden.
Kamp heeft werkgevers en werknemers vrijdag geschreven dat het pensioenakkoord wordt aangepast. „Iedereen kan zien dat de overheidsfinanciën er slechter voorstaan dan we eerder dachten. Daarom zijn er snel extra maatregelen nodig. Wachten tot 2020 kunnen we ons niet meer veroorloven.”
De minister wijst er ook op dat mensen tegenwoordig langer leven en dat langer doorwerken nodig is om de AOW op termijn betaalbaar te houden.
De snellere verhoging van de AOW-leeftijd heeft ook gevolgen voor de aanvullende pensioenen. Vanaf 2014 wordt hierbij gerekend met een pensioenleeftijd van 67 jaar.