Commentaar: Politiek moet plan voor woningmarkt omarmen
Wanneer regelingen onhoudbaar zijn of niet efficiënt, is het vaak de overheid die de leiding neemt en hervormt. Belangengroepen stribbelen nog wel wat tegen, maar meestal is er al snel consensus dat de maatregelen eigenlijk wel noodzakelijk waren en stiekem ook best goed. Precies zo ging het bij de ingrijpende hervorming van de zorgverzekeringswet of de forse ingrepen in de WAO. Maar op de een of andere manier lijkt het bij de hypotheekrenteaftrek anders te werken.
Waar deskundigen het er met het jaar méér over eens werden dat de aftrek even onhoudbaar is (oplopende lasten voor de overheid, hogere huizenprijzen en hypotheken) als inefficiënt (geen aflossingsprikkels, rijkeren profiteren meer), keek de politiek de andere kant op. Bang als ze was om electoraal te worden afgeranseld door de 60 procent van de Nederlanders die een koophuis heeft en de 20 procent die er graag een hebben zou.
In aanloop naar de verkiezingen in 2010 leek er een keer te komen toen meer partijen het waagden in het verkiezingsprogramma te tornen aan de aftrek. VVD, CDA en PVV deden dat niet en juist die partijen vormden even later de gedoogcoalitie. Maar ondanks dat hervormingen hierdoor op korte termijn van de baan leken, waren veel burgers ervan overtuigd dat de renteaftrek op lange termijn geen stand zou houden. Dat de huizenmarkt nu zo op slot zit, is –naast een beroerdere financiering door banken– volledig aan die onzekerheid te wijten.
De maatregel waarover VVD, CDA, D66, GL en CU onlangs overeenstemming bereikten in hun begrotingsakkoord –alleen nog aftrek voor hypotheken die worden afgelost– schiet tekort om burgers écht het gevoel te geven dat de woningmarkt de komende jaren gevrijwaard zal blijven van verdere aantasting. En door de maatregel alleen voor starters te laten gelden, raakt de woningmarkt zelfs nog verder in het slop. Zonder starters immers geen doorstomers. De woningmarkt werkt als een tuinslang: knijp je die op één plek dicht, dan komt er direct geen water meer uit.
Nu de politiek faalt om met échte maatregelen te komen, sloegen woensdag Vereniging Eigen Huis, de Woonbond, woningcorporaties en makelaars de handen ineen met hun plan om de renteaftrek in 30 jaar af te bouwen en de huren jaarlijks te verhogen. Iedere euro aan hogere lasten wordt teruggegeven via een lagere inkomstenbelasting of een hogere woontoeslag.
Het plan lijkt de evenwichtskunst die vereist is om de huizenmarkt weer in beweging te krijgen, de uitwassen van de rentaftrek te elimineren en dat alles zónder een financieel bloedbad te veroorzaken, vrij dicht te benaderen. Dat de lasten niet fors worden verhoogd is immers geen overbodige luxe nu veel burgers de waarde van hun woning al met zo’n 15 procent zagen verdampen en na verkoop steeds vaker tegen een restschuld aankijken.
In navolging van de belangengroepen zouden (de wereld op zijn kop) nu ook alle relevante politieke partijen over de eigen schaduw moeten springen door het akkoord –zoveel als mogelijk– te omarmen. Daarmee krijgen burgers eindelijk de voor de woningmarkt zo onmisbare langjarige zekerheid, die ook positief kan uitwerken voor de rest van de economie.