Met Hella S. Haasse naar Grenoble en terug
Titel:
”Retour Grenoble. Anthony Mertens in gesprek met Hella S. Haasse”
Auteur: Anthony Mertens
Uitgeverij: Querido, Amsterdam, 2003
ISBN 90 214 7468 9
Pagina’s: 97
Prijs: € 8,50. De ”grande dame” van de Nederlandse literatuur, Hella S. Haasse, weet van geen ophouden. Inmiddels 85 hanteert ze de pen nog even vloeiend als een halve eeuw geleden. In 2002 verscheen ”Sleuteloog” en ook in dat jaar reisde ze met haar redacteur Anthony Mertens naar het Franse Grenoble om daar haar werk te promoten. Mertens schreef zijn herinneringen op aan hun gezamenlijke tocht per trein onder de titel ”Retour Grenoble”.
Een prettig leesbaar boekje is het geworden. Bedoeld als uitnodiging om nader kennis te maken met de rijkdom van het omvangrijke werk van Haasse, vooral bekend door ”Het woud der verwachting” (1949) en ”Heren van de thee” (1992).
Wie veel van Hella S. Haasse heeft gelezen, treft in dit boekje zeer herkenbare dingen aan van en over Haasse. Geen nieuwe dingen - want Haasse laat haar lezers zelden in het ongewisse en is niet onvoorspelbaar. ”Ik besta in wat ik schrijf” luidt sinds jaar en dag het adagium van de in Batavia geboren schrijfster.
Begrip
In de roerige jaren zestig liet Haasse zich bijvoorbeeld niet verleiden tot simplificering van complexe verhoudingen. Ze weigerde zich achter het studentenverzet te scharen, maar gaf evenmin het gezag het gelijk. Haar opvattingen bleven de kern vormen voor heel haar werk. Democratisch, genuanceerd, kalm, begrip voor de complexiteit der dingen en vooral met oog voor het historisch perspectief. Afstandelijk en koel, dat ook.
Onderbroken door een versnapering, een wandeling of een tukje ontvouwt zich in de TGV een boeiend discours over het oeuvre van Haasse - waarom nog geen Nobelprijs voor de literatuur overigens? Mertens roept de schrijfster soms ter verantwoording voor een bepaalde keus of wending in een verhaal. Waarop zij dan weer reageert en expliceert. Op die manier valt licht op de grondpatronen in haar werk.
Haasses boeken gaan altijd over de innerlijke drijfveren van het menselijk handelen, waarvan maar een gedeelte valt bloot te leggen, aldus Mertens. Mertens heeft het manuscript van ”Sleuteloog” tijdens de reis bij zich. Bij uitstek een Haasse-roman vindt hij, met een aantal motieven dat in al haar andere boeken is terug te vinden. Typisch zijn een koffer of een kistje of een map met documenten, foto’s, papieren - de erfenis van een familie.
Archief
Vaak is het archief van wezenlijk belang in Hella’s al dan niet op feitelijke geschiedenissen gebaseerde romans, zoals in ”Heren van de thee” (1992). In ”Sleuteloog” gaat het over een vriendschap die allengs scheuren begint te vertonen. Mertens vraagt de schrijfster naar de psychologische drijfveren van haar personages. ”Sleuteloog” herinnert hem aan ”Oeroeg”, haar debuut. Ook daarin probeert de hoofdpersoon zich achteraf rekenschap te geven van zijn verhouding tot zijn jeugdvriend. Hella verdedigt haar keus. Het is alsof je erbij zit en haar hoort praten.
Haasse brengt haar visie op de roman nog even te berde. De roman is in haar ogen meestal gebaseerd op een verhaal, maar die vormt doorgaans niet meer dan een dunne lijn in het boek. De informatie die een roman verstrekt, ligt in de manier waarop die is geschreven. De roman doet een beroep op de menselijke waarnemingsvermogens, op de verbeeldingskracht die we in het dagelijks leven maar zelden gebruiken. Door de roman komen we in een ander tijdsritme, in een andere cadans, waardoor onze belevingen worden geïntensiveerd, we ervaren de tijd anders dan in de werkelijkheid waarin we leven, zegt de auteur.
Hella Haasse is nooit wars geweest van het alledaagse. Tegenover het vrouwenmagazine ”Opzij” bekende ze eens dat ze er geen moeite mee had de plee schoon te maken voor mensen van wie ze houdt. Dat kon niet iedereen waarderen.
Junkfood
En ziedaar. Zo verklapt ze in Grenoble na afloop van een avond dat ze nog wel een hapje wil eten in een junkfoodrestaurant. Het gaat haar om de vrijheid van het daar zitten, want het bestelde broodje blijft haast onaangeroerd op het bord liggen. Ware grandeur toont zich in het genieten van de kleine dingen.
Bijna thuis stelt Mertens haar nog een zijns inziens onmogelijke vraag. Als ze moest kiezen, van welk boek uit haar hele oeuvre zou ze willen dat het door de volgende generaties tot in de volgende eeuw gelezen blijft worden? Daar hoeft ze niet erg lang over na te denken. Het heeft minder drukken beleefd dan bijvoorbeeld ”Het woud der verwachting” of ”Heren van de thee” en het luidt: ”Een nieuwer testament” (1966).