Binnenland

Beemsterpolder viert 400e verjaardag

MIDDENBEEMSTER – De Beemster, de enige polder die in zijn geheel op de Werelderfgoedlijst van Unesco prijkt, viert dit jaar zijn 400e verjaardag.

18 May 2012 23:07Gewijzigd op 14 November 2020 21:09
De Beemster. Foto Gemeente Beemster
De Beemster. Foto Gemeente Beemster

„Bij het Informatiecentrum in Middenbeemster komen regelmatig mensen die vragen waar dat werelderfgoed is”, vertelt wethouder en locoburgemeester G. H. Hefting van de gemeente Beemster. „Dan krijgen ze te horen dat het geen gebouw of een object is, maar de polder zelf.”

Hefting stelt dat de schoonheid van de polder het beste vanuit de lucht kan worden waargenomen. Wat de Beemster bijzonder maakt en waarom de polder in 1999 het predicaat werelderfgoed kreeg, zijn de unieke verkaveling en het uitzonderlijke voorbeeld van een door de mens geschapen landschap. „De Beemster was het eerste grootschalige landschapsproject in de wereld waarin het principe van de zogenaamde gulden snede werd toegepast. De gulden snede geeft een verhouding aan en wordt ook wel de ”divina proportia”, de goddelijke verhouding, genoemd. Het is niet bewezen dat die ook echt is toegepast, maar er zijn wel veel overeenkomsten die verwijzen naar de klassieke idealen.”

Volgens Hefting komen deze verhoudingen onder andere in het menselijk lichaam terug. „Het gaat om de verhoudingen die het menselijk oog het meest strelen. Bij de Beemster zie je dat bij de verdeling van de kavels hiermee rekening is gehouden.”

Hefting toont een kaart van de Beemster en wijst op het patroon van de kavels die zijn ontstaan door de kaarsrechte wegen en sloten. „Er wordt wel gezegd dat bij de bouw van Manhattan naar de Beemster is gekeken, maar dat is een fabel. Het is niet zo dat Peter Stuyvesant bij de bouw van wat nu New York heet de Beemster voor ogen had. Het rechthoekige patroon kom je in veel steden tegen. De enige plaats in de wereld waar je het patroon niet in de stedenbouw maar in het landschap terugziet is echter de Beemster.”

Wie het patroon heeft bedacht weet Hefting niet. „Leeghwater is het in ieder geval niet geweest, al is zijn naam verbonden met de droogmaking van de Beemster en de andere polders hier in Noord-Holland. Het liefst noemde ik de naam van Leegh­water niet, maar je ontkomt toch niet helemaal aan hem”, aldus Hefting.

Hoe bedoelt u dat?

„In de loop der eeuwen hebben wij hem op een positie in ons gedachtegoed geplaatst die achteraf gezien misschien niet helemaal terecht is geweest. Voor een deel komt dat door hemzelf. Aan het einde van zijn leven –hij werd 75 jaar– heeft hij alles uit het verleden opgeschreven en waarschijnlijk zijn eigen rol uitvergroot. Iedereen die dit kon ontkennen of bestrijden was allang gestorven. Maar dat beeld van hem is in de hoofden van de mensen blijven hangen en daarom hebben wij hier in Middenbeemster een borstbeeld van hem en zijn er in Nederland 61 straten naar hem genoemd.”

Hefting heeft veel meer op met Dirck van Oss, „naar wie hier in Middenbeemster zo ongeveer de kleinste straat is vernoemd. Hij is de grote man geweest, de trekker van het project. Van Oss, een uit Antwerpen geweken koopman, had veel geld verdiend met de handel op de Oostzee. Samen met andere kooplieden uit Amsterdam gaf hij opdracht voor de droogmaking van de Beemster.”

Dat was om het oprukkende water tegen te gaan?

„Inderdaad, door inklinking van het oorspronkelijke veen, stormvloeden en afkalving waren er in het gebied ten noorden van Amsterdam grote meren ontstaan. Daarnaast ontstond door de groeiende stadsbevolking een steeds grotere behoefte aan landbouwgrond voor de voedselvoorziening.”

Van de Beemster als graanschuur kwam weinig terecht, omdat de grond daarvoor niet geschikt bleek. Wel was het land uitermate geschikt voor koeien, zowel voor de zuivel als voor het vlees.

„De Beemster was en is een rijke polder”, aldus Hefting. „Waarom zijn er hier geen molens in het landschap? Dat is vanwege de rijkdom. Toen het stoomgemaal kwam, deden we hier de molen aan de kant en toen het dieselgemaal verscheen, verdween het stoomgemaal. Toen het elektrisch gemaal zijn intrede deed, doekte men hier het dieselgemaal op.”

En de polder is nog altijd rijk?

„Ook wij hebben in deze tijd moeite de begroting rond te krijgen. Anderzijds is het aantal cliënten van de sociale dienst beperkt en hoeven we bij de ozb niet tot het maximaal toelaatbare te gaan om aan onze inkomsten te komen. Maar de algemene verwachting is toch wel dat het moeilijker gaat worden.”

Zal de druk van buitenaf toenemen om te fuseren met omliggende gemeenten?

„Die druk komt ook va nbinnenuit, omdat wij steeds moeilijker aan onze eigen kwaliteitseisen kunnen voldoen. Het Rijk decentraliseert meer en meer, maar de geldstroom die daarbij hoort, is niet zo groot.”

Middenbeemster vormt samen met Noordbeemster, Westbeemster en Zuidoostbeemster de gemeente Beemster. „Samen hebben we 8600 inwoners. Daarmee behoren we tot de top tien van kleine gemeenten. Het was de bedoeling dat Beemster met Graft-De Rijp, Zeevang en Schermer zou fuseren. Die fusie is van de baan omdat het voor ons alleen maar inleveren was.”

Omdat Beemster toch een efficiëntieslag moet maken, is gekozen voor samenwerking met Purmerend. „Het is de bedoeling dat hier in Beemster gemeenteraad en college van B en W blijven en dat we het ambtelijke werk in Purmerend onderbrengen. Dan blijven we als bestuur dicht bij de burger en kunnen we tegelijkertijd het feitelijke werk, de ambtenarij, naar een hoger niveau tillen. Het is de bedoeling dat die samenwerking 1 januari 2014 ingaat.”

In augustus verschijnt ”400 jaar Beemster” (ISBN 9789078381563) bij uitgeverij Noord-Holland.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer