Door de lage waterstanden zijn de rivieren weliswaar ondieper en smaller geworden, maar het rivierwater is daardoor niet minder onberekenbaar.

Alleen in de vaargeul is nu nog water. Daar ontstaan hevige bewegingen door de stroming en door de aanzuigende kracht van de schepen. Dat kan nog minuten doorgaan nadat een schip is gepasseerd, waarschuwt Rijkswaterstaat. Als twee schepen elkaar passeren, is het effect nog heviger. Verder is sprake van grote temperatuurverschillen in het water en zijn er draaikolken.

Rijkswaterstaat raadt zwemmen in de grote rivieren altijd al af, maar in de huidige situatie is het levensbedreigend. Ook wandelen langs de waterlijn kan gevaar opleveren. Met het terugtrekken van het water is de scheidingslijn tussen de vaak diepe vaargeul en de oever niet te zien. Bovendien kan zand vanaf de stranden plotseling afschuiven en in de vaargeul verdwijnen.