Het Europees Hof verklaarde begin maart de uitspraak van de commissie over steunmaatregelen aan ING nietig. De commissie laakte die steun, maar de kritiek was volgens de rechters slecht onderbouwd.

De zegsman van Almunia benadrukte dat het hof het bezwaar van de commissie slechts om formele redenen heeft afgewezen. Almunia komt binnen enkele dagen met een toelichting.

De commissie stelde dat ING werd bevoordeeld door een wijziging van de voorwaarden voor terugbetaling van een kapitaalinjectie. Maar volgens het hof kon het dagelijks bestuur van de Europese Unie dat niet aantonen. De commissie zou de zaak onvoldoende hebben onderzocht.

ING kreeg in oktober 2008 een noodinjectie van 10 miljard euro van de Staat. De voorganger van Almunia, Neelie Kroes, stelde strenge eisen aan die steun. Zo moest het concern de bank- en verzekeringsactiviteiten opsplitsen, de Amerikaanse internetspaarbank ING Direct verkopen en ook de Nederlandse WestlandUtrecht Bank afstoten.

ING loste in december 2009 de helft van de kapitaalinjectie af. De bank hoefde daarbij een minder hoog rentepercentage te betalen dan bij de verstrekking van het noodkrediet was overeengekomen. De Europese Commissie zag dat als aanvullende staatssteun.

Een woordvoerder van ING benadrukte in een reactie dat het hoger beroep van de commissie geen opschortende werking heeft. De commissie moet zich daardoor nog altijd opnieuw buigen over de consequenties van de staatssteun voor het financiële concern, stelde hij.

ING wil op korte termijn, samen met de Nederlandse overheid, met de Europese Commissie praten over zijn herstructurering. De voorbereidingen voor die gesprekken zijn volgens de woordvoerder in gang gezet.