Christenen in Sri Lanka onder druk
De situatie voor christenen in Sri Lanka verslechtert zienderogen, zo bericht de commissie godsdienstvrijheid van de World Evangelical Alliance (WEA).
Rond de 2 procent van de Srilankaanse bevolking is christen. Evangelische kerken zijn de achterliggende twintig jaar gegroeid. Meer en meer krijgen ze echter te maken met aanvallen van boeddhistische monniken.
Ook van overheidswege worden hun vrijheden steeds verder ingeperkt. „Het is zeer verontrustend”, schrijft de WEA. „Het hooggerechtshof van Sri Lanka heeft bepaald dat hoewel het op grond van artikel 10 en 14(1)e van de grondwet is toegestaan dat mensen hun religie praktiseren, dit níét garandeert dat zij een fundamenteel recht hebben om deze te propageren.”
De commissie wijst verder op een nieuwe antibekeringswet, waarvan al enige tijd sprake is. De afgelopen twee weken geven nieuwe ontwikkelingen te zien. Zo heeft de minister van Boeddhisme en Wetshervorming, W. J. M. Lokubandara, inmiddels formeel aangekondigd dat hij de wet gaat presenteren. Lokubandara geldt als een zeer invloedrijk man en trouw aanhanger van de regeringspartij. De wet is gebaseerd op de strenge wetten in de Indiase deelstaat Tamil Nadu.
Het Srilankaanse hooggerechtshof stelde hiernaast nog een aantal beperkende maatregelen vast. Op een persconferentie verklaarde minister Lokubandara daarover dat het om „duidelijke uitspraken” gaat. „Ze geven ons de legale steun om de onethische bekeringsactiviteiten, verricht in de naam van religie, te stoppen.”
Boeddhisten beschuldigen hun christelijke landgenoten er onder meer van dat zij de armen proberen te ’bekeren’, door hen te verleiden met allerlei materiële voordeeltjes en geld.
Volgens de WEA wijzen de ontwikkelingen op „een bijzonder donkere tijd” voor de kerk in Sri Lanka. „De besluiten van het hooggerechtshof vormen beslist een sterk platform om de antibekeringswet te lanceren.”