Opinie

Leven is beschermwaardig omdat ieder mens schepsel van God is

Waarom zou het menselijk leven beschermwaardig zijn?

28 April 2012 08:59Gewijzigd op 14 November 2020 20:48
Ds. G. A. van den Brink. Foto RD
Ds. G. A. van den Brink. Foto RD

Eind februari verscheen er een artikel in de Journal of Medical Ethics dat nogal wat deining teweegbracht. De twee Australische auteurs, Alberto Giubilini en Francesca Minerva, betogen dat er geen principieel verschil mag zijn tussen abortus voor de geboorte en abortus na de geboorte. Vandaar de titel van hun artikel: ”Why should the baby live?” (Waarom moet de baby blijven leven?) Zij geven als voorbeeld een kind met het Downsyndroom. Als deze afwijking voor de geboorte wordt ontdekt, is abortus wettelijk toegestaan; waarom dan niet na de geboorte, indien (zoals in een derde van alle gevallen gebeurt) de afwijking niet in de prenatale screening werd ontdekt?

De schrijvers geven allereerst een definitie van ”persoon”. Een persoon is volgens hen iemand die in staat is zelf zijn doelen te kiezen. Wie dat kan, heeft ook het morele recht om de gekozen doelen na te streven. Wordt een persoon daarin belemmerd, dan is er sprake van schade en van moreel onrecht.

De twee ethici maken vervolgens onderscheid tussen mensen en personen, en betogen op basis daarvan drie dingen. Ten eerste geldt alleen voor mensen die ook persoon zijn dat zij beschermwaardig zijn en morele rechten bezitten. Aansluitend beargumenteren de auteurs dat noch op ongeboren, noch op pasgeboren kinderen het begrip persoon van toepassing is, want die kunnen niet hun eigen doelen kiezen. Ten slotte bestrijden ze de gedachte dat de menselijke beschermwaardigheid ook reeds moet worden toegekend aan iemand die een persoon kan worden maar het nog niet is.

Er barstte een storm van protest los na de publicatie. Dat is in zeker opzicht enigszins verbazend. De auteurs brengen namelijk geen nieuwe gezichtspunten naar voren. Diverse ethici en filosofen zijn hen voorgegaan, met Peter Singer (ook een Australiër) als bekendste. De auteurs verwijzen trouwens ook naar een Nederlands rapport dat het doden van geboren kinderen legitimeert (het ”Groninger Protocol”).

Utilisme

Toch loont het de moeite om aan dit artikel aandacht te besteden. Het maakt namelijk drie zaken pijnlijk duidelijk.

  1. ”Moreel kwaad” is volgens Giubilini en Minerva datgene wat het welzijn of het belang van personen schaadt. Zij sluiten daarmee aan bij wat bekendstaat als het utilisme of het consequentialisme. Dat is de visie dat iets moreel goed is als het optimaal het welzijn van personen bevordert. Maar omdat pasgeborenen nog geen persoon zijn (volgens de definitie van de auteurs), hoeft er met hun welzijn geen rekening te worden gehouden. Wel echter met het belang en welzijn van al bestaande personen. Elke bevordering van het belang van de moeder (of van wie ook) is dus genoeg om de postnatale abortus te rechtvaardigen. Elke medische rechtvaardiging voldoet, maar ook elke niet-medische rechtvaardiging. In feite is het hele vraagstuk van abortus (hetzij voor, hetzij na de geboorte) voor de auteurs niet eens een morele kwestie, want het betreffende kind heeft nog geen morele rechten.

Drogreden

  1. De auteurs stellen de beschermwaardigheid van een mens vast aan de hand van empirische, feitelijke gegevens. Immers, alleen personen zijn beschermwaardig, en iemand is slechts persoon als hij of zij eigen doelen kan formuleren. Het eerste is een morele uitspraak, het tweede een feitelijke. Hoe iets behoort te zijn, wordt afgeleid uit hoe iets is.

Hiertegen zijn ten minste drie bezwaren aan te voeren. Ten eerste is hier sprake van (wat ethici noemen) de naturalistische drogreden: het onderscheid tussen feiten en normen wordt veronachtzaamd. Ten tweede is de scheidslijn tussen personen en niet-personen willekeurig. Immers, wie beslist wat een juiste definitie is van ”persoon”? Ten derde zijn er heel wat groepen mensen aan wie het persoon-zijn wordt ontzegd: ongeborenen, pasgeborenen, toekomstige mensen, dementen, mensen met alzheimer, parkinson of een hersentumor. Willen we dat wel? Wat als ik zelf bij zo’n groep behoor?

Schaduwzijde

  1. De benadering van de auteurs laat de sinistere schaduwzijde van een individualistische benadering van de moraal zien. Volgens hen heeft iemand slechts morele waarde als hij of zij zélf in staat is het verschil in welzijn tussen twee opties te waarderen. Als iemand dat vermogen mist, is de eigen morele waarde onmiddellijk nul komma nul. Ik bepaal blijkbaar mijn eigen morele waarde, en mensen die zichzelf geen morele waarde kunnen geven, geef ik (!) de waarde nul. De auteurs doen een poging om duidelijk te maken dat we wel rekening moeten houden met alle toekomstige mensen (ook al kunnen die, evenmin als pasgeboren baby’s, nu al hun keuzes maken), maar die poging overtuigt niet. Het individualistische liberalisme van de auteurs krijgt zodoende egoïstische trekjes. Niemand kan in hun visie in de bres staan voor anderen die, volgens de omschrijving van de auteurs, nog geen persoon zijn of niet meer.

Ander uitgangspunt

Het christelijk geloof neemt een radicaal ander uitgangspunt als het gaat om de beschermwaardigheid van het menselijke leven. De Amerikaanse christenfilosoof Nicholas Wolterstorff betoogt dat geen enkele eigenschap van de mens hem zijn morele status verleent: niet onze rationaliteit, onze wilskeuze of ons vermogen om eigen doelen te kiezen. Alle pogingen om de waardigheid en beschermwaardigheid van de mens in een of andere eigenschap te funderen, laten juist die mensen vallen die het hardst de morele beschermwaardigheid nodig hebben. Wolterstorff betoogt in plaats daarvan dat een fundering van de menselijke beschermwaardigheid alleen gevonden kan worden in de liefde van God Die zijn schepselen bemint (vgl. Ez. 16:6; Ez. 18:4a, 32; 1 Tim. 2:4).

De ervaring ondersteunt zijn visie. Een rooms-katholieke theoloog die op Giubilini en Minerva reageerde, wees er terecht op dat het doden van geboren kinderen alleen als moreel laakbaar wordt beschouwd in die delen van de wereld waar het christendom zijn uitwerking heeft gehad. In China en India is het doden van pasgeborenen aan de orde van de dag. En in de eerste eeuwen van onze jaartelling stuitten christenen op veel onbegrip in hun kritiek op kindermoord.

Waarom zou het menselijk leven beschermwaardig zijn? Omdat ieder mens een schepsel van God is.

Ds. G. A. van den Brink, hersteld hervormd predikant te Kralingseveer. Heeft u een vraag voor deze rubriek of wilt u reageren? weerwoord@refdag.nl



Verder lezen over dit onderwerp

Voor het artikel van Giubilini en Minerva, zie hier.

Vor de reactie van de rooms-katholieke ethicus, zie hier.

Het “Groningen Protocol” waarnaar de auteurs verwijzen, is hier te vinden.

Nicholas Wolterstorff, Justice: Rights and Wrongs (Princeton: Princeton University Press 2008).

Alvin J. Schmidt, How Christianity Changed the World (Grand Rapids: Zondervan 2004).

Meer over
Weerwoord

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer