Ook op de voorhoede van waarnemers die nu al in Syrië is, is kritiek. Op een internetforum meldden oppositieleden dat waarnemers tijdens een bezoek aan een stad hebben geweigerd lijsten met de namen van gevangenen in ontvangst te nemen.

Bovendien beschuldigen oppositieleden de VN ervan dat ze met mensenlevens spelen door te wachten met het sturen van de volledige waarnemersmissie naar Syrië. Het duurt volgens de volkerenorganisatie nog zeker een maand, voordat 100 waarnemers voet op Syrische bodem zetten om toe te zien op het staakt-het-vuren. In totaal moeten er 300 waarnemers komen.

VN-gezant Kofi Annan noemde de situatie in Syrië dinsdag onacceptabel ondanks het staakt-het-vuren. Vooral de situatie in Hama is voor Annan niet te accepteren. Volgens berichten zouden regeringstroepen de stad zijn binnengetrokken, nadat de waarnemers weer waren vertrokken. Ze zouden een „aanzienlijk” aantal mensen hebben gedood.

Door geweld van het leger zijn woensdag zeker negen mensen om het leven gekomen, meldde mensenrechtenorganisatie het Syrische Observatorium voor Mensenrechten. Vier mensen in een bus werden gedood toen het voertuig werd geraakt door kogels van militairen bij een controlepost in de onrustige provincie Idlib. Ook kwamen drie burgers om in twee buitenwijken van Damascus. Regeringsmilitairen schoten ook twee burgers in de provincie Homs dood.

Sinds het begin van de volksopstand tegen president Bashar al-Assad in maart 2011 zijn volgens schattingen van de VN meer dan 9000 mensen om het leven gekomen. Het staakt-het-vuren dat op 12 april is ingegaan, heeft geen einde gemaakt aan het geweld.