De Krom loodst ’nieuwe bijstand’ door Kamer
DEN HAAG (ANP) – Staatssecretaris Paul de Krom (Sociale Zaken) krijgt voldoende steun in de Tweede Kamer om de bijstand samen te voegen met grote delen van de sociale werkplaatsen en de Wajong voor jonggehandicapten. Met de nieuwe Wet werken naar vermogen (WWNV) moeten werklozen met een beperking, zoals een handicap of verslaving, meer aan het werk worden geholpen door gemeenten. Dit moet op termijn 1,8 miljard euro besparen.
Na vier dagen debat in de Kamer toonden regeringspartijen VVD en CDA zich met gedoogpartner PVV en SGP donderdagavond positief. Deze partijen vinden wel dat De Krom nog bureaucratie uit de wet moet halen, zoals een toets die gemeenten moeten laten uitvoeren om uit te zoeken of iemand in aanmerking komt voor werk via loondispensatie. Werkgevers hoeven daarbij alleen voor dat deel te betalen dat iemand echt kan werken. Gemeenten vullen het inkomen aan tot maximaal het minimumloon. Dat kost minder dan een bijstandsuitkering.
De oppositie vindt het niet kunnen dat mensen zo jarenlang onder het minimumloon werken. SP-Kamerlid Sadet Karabulut sprak van „loondiscriminatie” ten opzichte van mensen met een handicap. Ook CDA-politica Mirjam Sterk ziet risico’s en diende een amendement in met steun van VVD, PVV en SGP om de duur dat iemand met loondispensatie werkt te beperken van tenminste 7 jaar naar minimaal 5 jaar. Een verdergaand voorstel van Fatma Koser Kaya van D66 kreeg geen meerderheid. Volgens De Krom moeten mensen met een beperking ook wel de tijd krijgen zich te ontwikkelen.
De staatssecretaris zegde de Kamer verder toe dat bij de hervorming goed de vinger aan de pols wordt gehouden. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) waarschuwt al een tijd dat te veel wordt bezuinigd, waardoor te weinig geld zou overblijven voor begeleiding naar werk. Ook zou het kabinet de ’winst’ direct afromen als gemeenten mensen uit de uitkering helpen. Het CDA vroeg of gemeenten meer kunnen meedelen in de winst. De Krom zei daarover wel met de VNG te willen praten als gemeenten ook willen meedelen in het verlies bij tegenvallende resultaten.