Speculeren bezorgde hedgefondsen slechte naam
AMSTERDAM (ANP) – Hedgefondsen hebben de laatste jaren, vooral bij het grote publiek, een slechte naam gekregen. Zij zouden over lijken gaan om snel veel geld te verdienen en rijk worden door te speculeren op de ellende van anderen. Bovendien heeft de buitenwacht, inclusief toezichthouders, vaak weinig zicht op wat de fondsen precies doen.
Vergeleken met een gewoon beleggingsfonds maakt een hedgefonds gebruik van een veel breder scala aan investeringsmogelijkheden, waarvan sommige een speculatief en risicovol karakter hebben. Ook investeren zij veel met vreemd vermogen (geleend geld), waardoor zij met minimaal gebruik van eigen middelen hoge winsten kunnen behalen.
De keerzijde daarvan is dat de verliezen evenredig hoog oplopen als hedgefondsen een verkeerde inschatting maken. Zij dekken zich daartegen in door verschillende vormen van beleggingen te combineren en zo de risico’s te spreiden. De Engelse term daarvoor is ’hedging’, en daar komt dan ook de naam hedgefonds vandaan.
De afgelopen jaren groeit de kritiek op hedgefondsen omdat hun risicovolle beleggingsstrategieën ook voor de bredere markt gevolgen kunnen hebben. Zo hebben speculaties van hedgefondsen op waardedalingen van aandelen en andere financiële producten, volgens velen op zijn minst bijgedragen aan de kredietcrisis in 2008 en de huidige eurocrisis.
Een ander punt van kritiek is het activisme van sommige hedgefondsen bij bedrijven waarin zij een relatief klein belang hebben. Voorbeelden van Nederlandse ondernemingen die daarmee te maken kregen, zijn Stork, ABN Amro, ASMI en TNT. Hedgefondsen drongen daar aan op meer waarde voor aandeelhouders, maar hadden volgens critici te weinig oog voor het belang van de onderneming en bijvoorbeeld werknemers en klanten op de langere termijn.