Wilders twitterde voorafgaand aan het staatsbezoek van deze week: „Turkse humor: christen-pester, koerden-mepper, hamas-vriend en islamist Gül klaagt over tolerantie.” Gül had Wilders daarvoor in interviews een islamofoob genoemd.

Volgens Rosenthal is Wilders zelf verantwoordelijk voor zijn uitspraken. Hij wees er ook op dat Wilders door de rechter vrijgesproken is van groepsbelediging en discriminatie. De relatie met Turkije is prima en de stevige taal van Wilders schaadt de belangen niet, aldus de bewindsman.

Rosenthal wilde dan ook niet expliciet afstand nemen van de uitspraken van Wilders en diens partijgenoot Wim Kortenoeven die in het vragenuurtje repte over „sultan Gül.” Tweede Kamerlid Frans Timmermans van de PvdA zei diep teleurgesteld te zijn in de reactie van de minister. Hij stelde dat de bewindsman wordt gegijzeld door Wilders en de PVV.

Ook D66-leider Alexander Pechtold eiste tijdens het vragenuurtje hardere taal van de minister, evenals Henk Jan Ormel van het CDA. Volgens Ormel hebben de woorden van Wilders meer effect op het klimaat bij ons in het land dan op de relatie tussen beide landen. Hij zei het gevoel te hebben dat de Turken „eroverheen aan het groeien zijn.”