Rosenmöller onder indruk situatie Syrië
DEN HAAG (ANP) – Indrukwekkend en heftig, vat Paul Rosenmöller zijn 3-daagse reis naar de Syrische hoofdstad Damascus samen. De oud-politicus en programmamaker is afgelopen weekeinde teruggekeerd van het bezoek. „We hebben met mensen van onze zusterorganisatie de Syrische Rode Halve Maan gesproken die nog net werken binnen de grenzen van het aanvaardbare en met gevaar voor eigen leven hulp bieden aan landgenoten”, vertelt hij.
Rosenmöller was in het door geweld verscheurde land als bestuurslid van het Nederlandse Rode Kruis samen met Jurriaan Lahr, hoofd internationale hulpverlening van de Nederlandse tak van de hulporganisatie. Ze verbleven in Damascus en zijn op aanraden van Rode Halve Maan niet naar gevaarlijke steden als Homs gereisd.
Ze waren daar op uitnodiging van de Syrische Rode Halve Maan. „We konden onafhankelijke en onpartijdig ons werk doen. Er waren twee beperkingen. Onze eigen veiligheid en ervoor zorgen dat je niet naar plekken gaat waar je veiligheid van op de vlucht geslagen Syriërs in gevaar zou kunnen brengen”, aldus Rosenmöller.
Uit de gesprekken die hij hield met voor het geweld gevluchte Syriërs blijkt een steeds grotere behoefte aan voedsel, medicijnen, dekens en matrassen. Het tekort daaraan is niet zozeer te wijten aan de internationale boycot tegen het bewind van president Assad, zegt Rosenmöller. „Mensen zijn op de vlucht geslagen, maar kunnen nog niet terugkeren. Ze verblijven bij gastgezinnen in Damascus waar het nog relatief veilig is. Maar ja, zo’n gastgezin heeft niet voldoende eten of matrassen voor degenen die ze opvangen.”
Een aantal zaken is hem opgevallen, zoals de onderlinge solidariteit onder de Syriërs. Maar ook de professionaliteit waarmee er hulp wordt geboden. Rosenmöller: „Het zijn vaak jonge mensen die als hulpverlener werken. Die zijn bereid grote risico’s te nemen om hun landgenoten te helpen. En daar zijn ze dag en nacht mee bezig.”
Hulpverlenen in een land als Syrië is een kwestie van voorzichtig manoeuvreren voor een onafhankelijke en onpartijdige organisatie als het Rode Kruis. „Je moet je dus niet richten op het conflict, maar op mensen helpen. En dat is heel ingewikkeld in zo’n gepolariseerd land. De individuele opvattingen over het conflict moeten ondergeschikt zijn aan de hulp. En daar maak je niet altijd vrienden mee, maar het is de enige manier om toegang te krijgen tot de slachtoffers.”
Het Nederlandse Rode Kruis roept samen met Stichting Vluchteling het publiek op de hulpverlening aan de Syrische bevolking te steunen. Dat kan via het gironummer 6868.