Het DNA-profiel van de Arabische wereld
DAMASCUS – In het ene na het andere land in het Midden-Oosten wordt dezer dagen het feit herdacht dat ongeveer een jaar geleden de Arabische revolutie begon, die een impact zou krijgen op de regio die vergelijkbaar is met de val van de voormalige Sovjet-Unie in 1991.
In het Westen overheersen een jaar na dato gemengde gevoelens over deze omwentelingen in de Arabische wereld die een eigen dynamiek zouden ontwikkelen die niet correspondeerde met westerse verwachtingspatronen.
Oude sektarische divisies, waarvan werd gedacht dat ze door de moderniteit waren achterhaald, staken plotseling in alle hevigheid weer de kop op. Ze hebben enerzijds te maken met eeuwenoude religieuze breuklijnen in Arabische samenlevingen, maar tegelijkertijd hebben ze een meer wereldse component.
Het betreft hier de stammencultuur die ingebakken zit in het DNA-profiel van de Arabische wereld. Het is een cultuur van tribale verwantschappen die de tand des tijds hebben doorstaan en waarbinnen loyaliteit aan de eigen stam veel belangrijker wordt geacht dan trouw aan de staat.
In Syrië is het duidelijk dat met het verstrijken der maanden de onrust in dit land zowel gewelddadiger als religieuzer getint is geworden. De opstand neemt steeds meer het karakter aan van een intifada van de soennitische meerderheid tegen de alevitische minderheid, waarbij soennitische buurlanden steeds openlijker hun geloofsbroeders in Syrië steunen en zelfs bewapenen.
Achter de schermen lijken deze buurlanden zich op te maken om via hun specifieke beschermelingen binnen Syrië hun toekomstige invloed in dit land uit te breiden. Zowel Turkije als de Arabische Golfstaten spelen hierbij de religieuze soennitische kaart. Vooral Saudi-Arabië heeft hierbij nog een andere troefkaart in de vorm van oude tribale relaties die ook in Syrië een rol spelen.
Vele Arabische stammen migreerden door de eeuwen heen in noordelijke richting naar Irak en het vruchtbare Syrië. Als gevolg echter van de nieuwe politieke grenzen bevonden leden van één stam zich plotseling in meerdere nieuwe staten, wat echter geen einde maakte aan de oude stamloyaliteit die grenzen overschreed.
De Egaidat is een stam die sterk vertegenwoordigd is in de Syrische provincie al-Jazirah. De al-Neim vindt men vooral in het zuidelijke Daraa, terwijl leden van de al-Dhafirstam zich in de provincies al-Jazirah en Hama bevinden. Al deze stammen zijn ook talrijk in met name Saudi-Arabië. Syrische leiders van deze stammen bezoeken regelmatig de golfstaten, waar ze gesprekken voeren op het hoogste niveau. Dat wordt nog vergemakkelijkt doordat veel leden van deze stammen hoge posities bekleden in de golfstaten.
Naarmate de situatie in Syrië bloediger werd, leken de oude stamverbanden sterker te worden en nam de druk van Syrische stammen op hun verwanten in vooral Saudi-Arabië toe om de economische en diplomatieke druk op Syrië op te voeren.
Het belang van deze oude bloedbanden bleek in de zomer van 2011 toen de Saudische vorst Abdullah zich plotseling in scherpe bewoordingen tegen het Syrische regime keerde. Tijdens de gewelddadigheden eerder in de stad Hama was het stil gebleven in het Saudische koninkrijk, maar koning Abdullah uitte zijn kritiek toen het geweld toenam in het oostelijke Deir Zur dat, tegen de Iraakse grens ligt. In dit gebied wonen zo’n 1 miljoen leden van de Shammarstam. De moeder van de huidige Saudische vorst Abdullah was een afstammeling van deze Shammarstam.
Zowel Turkije als Saudi-Arabië tracht zich momenteel te profileren als de beschermer van hun soennitische geloofsgenoten in Syrië, waarbij Saudi-Arabië echter het duidelijke voordeel heeft van deze eeuwenoude, grensoverschrijdende bloedbanden.
Zorgwekkend hierbij is dat Saudi-Arabië niet zozeer de moslimbroeders maar het rigide salafisme promoot, dat in de conservatieve tribale milieus in Syrië zeer sterk is en hier een natuurlijke voedingsbodem vindt. Een tendens die nog eens versterkt wordt doordat vele Syrische stamleden in Saudi-Arabië werkten.
Binnen de Arabische wereld wordt de noordelijke zone van Iran –via Irak en Syrië– tot Libanon wel aangeduid als de ”sjiitische halvemaan”. Er zijn aanwijzingen dat er zich momenteel van noordelijk Irak –via Syrië en Jordanië– tot Saudi-Arabië een andere halve maan ontwikkelt. Het is een tribale halvemaan met een sterk salafistische inslag. Zonder kennis van dit soort interne dynamiek zullen we steeds opnieuw verrast worden door onrust in dit deel van de wereld.