De groep van ongeveer 20 Nederlanders maakt deel uit van een reisgezelschap van een kleine 100 mensen van verschillende nationaliteit. Ze maken het goed. De verwarming doet het en er is voldoende voedsel aan boord, aldus Van der Luit.

De achterblijvers in Nederland zijn op de hoogte gebracht van de problemen. „Iedereen is blij dat er geen persoonlijke ongelukken gebeurd zijn en dat het ’slechts’ om motorpech gaat. Men leeft mee met de mensen op het schip”, meldt Van der Luit.

Het is de bedoeling dat een tweede schip de gestrande reizigers van de vogelexpeditie Atlantic Odyssey komt ophalen. Wanneer dat gebeurt, is nog onduidelijk. Volgens een blog op de website van Inezia Tours zullen de opvarenden naar de Falkand Eilanden worden gevaren, waarna ze per vliegtuig reizen naar Santiago in Chili, of naar Montevideo in Uruguay. Vervolgens kan naar Nederland worden gevlogen. De reizigers hopen over anderhalve week weer thuis te zijn.

Het motorschip Plancius was een onderzoeksschip van de Nederlandse Marine. In juni 2004 werd het uit de actieve dienst gehaald. Rederij en touroperator Oceanwide Expeditions kocht het schip in 2006. Het is 89 meter lang en 14,4 meter breed.