Bij het ongeluk op 1 november kwam een 5 maanden oude baby om het leven. Ze zat bij haar moeder in het peuterbadje toen ze werd geraakt door twee geluidsboxen. Die waren door roestvorming van het plafond gevallen. De moeder raakte zwaargewond.

Volgens een citaat uit het rapport had het „onbeschrijflijke leed” van de nabestaanden kunnen worden voorkomen „als er binnen de gemeente alerter en doortastender was opgetreden.” Toch wordt vooralsnog niemand ontslagen, volgens burgemeester Peter Noordanus omdat geen van de betrokkenen zich van het gevaar bewust was dat er gewonden of zelfs doden konden vallen.

Wel is er sprake van verwijtbare nalatigheid. Met tien medewerkers worden daarover functioneringsgesprekken gevoerd. Twee mensen krijgen voorwaardelijk ontslag. Dat wil zeggen dat ze voorlopig mogen blijven, op voorwaarde dat ze niet nog een keer nalatig zijn. Wel krijgen ze een andere functie.

De burgemeester voerde aangeslagen het woord. „Dat het kindje is omgekomen, is de schuld van de gemeente. Het leven van haar ouders is onrepareerbaar veranderd. Wij hebben hun perspectief vernietigd”, zei Noordanus. Ook daags na het ongeluk nam hij al de schuld op zich.

Donderdag moet de gemeenteraad bepalen of de burgemeester en wethouders ook bestuurlijk verantwoordelijk zijn en dus moeten opstappen. Het hele college legt dan verantwoording af.

Het Openbaar Ministerie in Breda is nog bezig met het strafrechtelijk onderzoek. Het lijvige dossier ligt klaar, maar de officier van justitie heeft er nog geen beslissing over genomen. Dat gebeurt hopelijk nog voor de zomer, aldus een woordvoerster. Dan wordt duidelijk of de gemeente of haar medewerkers worden vervolgd.