De maatschappij heeft een vertekend beeld van adoptiekinderen, stellen SIG-bestuursleden Jurrijn Tack en Inez Teurlings, beiden geadopteerd. „Zo’n 32 procent gaat naar zijn biologische ouders op zoek, terwijl mensen de indruk hebben dat iedereen dit doet”, aldus Teurlings.

„Geadopteerden kunnen zich door hun omgeving bijna verplicht voelen om ongelukkig te zijn en op zoek te gaan naar hun wortels. Uit onderzoek blijkt echter dat 80 procent prima functioneert en een even goed zelfbeeld heeft als niet-geadopteerden. De mening dat je adoptie niet meer als optie moet zien, delen wij niet.”

De problemen die de overige 20 procent ondervindt, brengen mensen vaak onterecht in verband met adoptie, volgens de sprekers. Teurlings: „Er zou meer aandacht moeten zijn voor het feit dat een adoptiekind in de beginfase een achterstand heeft opgelopen. Denk aan het ontbreken van een liefdevolle basis.”

Het zoeken naar biologische ouders kan volgens haar heel goed zijn, maar mag nooit een doel op zich vormen. „Het leeuwendeel van de geadopteerden die hun biologische ouders vinden, heeft na vijf jaar geen contact meer met hen. Dit sterkt ons in de gedachte dat het meer gaat om de reis dan om het zoeken.”

Van der Staaij nam zaterdag na zes jaar afscheid als voorzitter. J. J. de Graaf volgt hem op. Afgelopen jaren heeft de vereniging veel bereikt, stelde het Van der Staaij. „We hebben een vorm gevonden waarbij we een vereniging voor zowel adoptieouders als geadopteerden zijn.”