De luchthaven en de maatschappijen voeren ieder jaar weer een terugkerend gevecht over de tarieven. Schiphol noemt in een persbericht de verhoging van 2 procent „een handreiking.” Eerder had de luchthaven een verhoging met 4 procent voorgesteld.

De vliegmaatschappijen zien vaak met lede ogen toe hoe de luchthaven mooie winsten boekt, met name met parkeerterreinen en winkels, terwijl zijzelf in economisch moeilijke tijden steeds hogere havengelden moeten betalen. Volgens Schiphol moeten de tarieven omhoog omdat de luchthaven moet investeren in meer capaciteit en kwaliteit.

Schiphol heeft vorig jaar 15 miljoen euro terugbetaald aan luchtvaartmaatschappijen, omdat het meer passagiers te verwerken kreeg dan voorzien en dat bedrag meer aan havengelden ontving. Luchtvaartmaatschappijen stapten daarna naar concurrentiewaakhond NMa om te onderzoeken of Schiphol dit volgens de regels heeft gedaan. Normaal gesproken wordt het te veel in mindering gebracht op de nieuwe tarieven.

Schiphol meldde dinsdag dat de eenmalige terugbetaling van 15 miljoen euro ”losstaat van de wettelijke verplichte verrekening die nog plaats moet vinden.”

Staatssecretaris Joop Atsma (Luchtvaart) is dik tevreden dat Schiphol er met KLM en andere luchtvaartmaatschappijen uit is gekomen. Hij zat de laatste weken meermalen met de partijen om de tafel en riep ze dringend op er samen uit te komen. „Het gaat erom dat de spelers in de Nederlandse luchtvaartsector samen naar de toekomst werken. Samenwerking is namelijk van groot belang om de sterke netwerkkwaliteit en de concurrentiepositie van Schiphol te behouden en te versterken”, aldus Atsma in een reactie.