De 69-jarige conservatief Schmitt was als president een trouwe bondgenoot van premier Viktor Orban, volgens sommigen zelfs een marionet. Hij werkte mee aan talrijke omstreden wetten die hun partij Fidesz meer macht geven. Zo tekende hij een nieuwe grondwet, die volgens critici de democratie beperkt. Nieuwe wetten over media, de centrale bank en justitie leidden zelfs tot bezwaren van de Europese Commissie.

In de sport had hij geleerd hoe je iemand een slag kunt toebrengen. Als een geoefend schermer won hij gouden medailles bij de Olympische Spelen van 1968 en 1972. Hij werd gekroond als wereldkampioen in 1970 en 1971. Deze prestaties bleken een springplank naar het voorzitterschap van het Hongaars Olympisch Comité, een positie die hij lang bekleedde: van 1989 tot 2010.

Ondertussen schreef hij een proefschrift over de historie van de Olympische Spelen. Dat zijn dissertatie in werkelijkheid een bijna woordelijke vertaling was van een bestaande tekst, viel toen niemand op. In die tijd was internet nog een onbekend fenomeen en Google moest nog worden opgericht.

Schmitt kon dus vrolijk carrière maken. Mede door zijn kennis van vijf buitenlandse talen werd hij ambassadeur in Spanje en Zwitserland. In 2004 kwam hij in het Europees Parlement, waar hij tot 2010 ondervoorzitter was. In juni dat jaar werd hij gekozen tot president van Hongarije.

Maar na een tip ontdekte de universiteit van Boedapest de fraude met het proefschrift. Vorige week werd hem zijn doctorstitel ontnomen. De oppositie van socialisten, het groen-liberale LMP en het extreemrechtse Jobbik vroeg zijn aftreden. Volgens hem was er geen verband tussen het proefschrift en zijn verkiezing tot president. Maar toen steun van premier Orban ontbrak, wist Schmitt dat het tijd was voor het afscheid. Hij is de eerste Hongaarse president die voortijdig vertrekt sinds de val van het communisme in 1989.