EMEA is de belangrijkste regio van Canon, gemeten in omzet. De regio is goed voor een omzet van meer dan 10 miljard euro.

Van Iperen (58) kwam in 1978 in dienst bij Océ, op de afdeling R&D na een studie werktuigbouwkunde aan de Technische Universiteit in Eindhoven. Toen hij begin dertig was, werd hij al directeur van deze afdeling, waar toen zo’n 600 mensen werkten. Na een uitstapje bij de Belgische verkooporganisatie, keerde hij terug naar het hoofdkantoor in Venlo om bestuurslid te worden. In 1999 werd hij bestuursvoorzitter.

Océ kampte in de jaren dat Van Iperen topman was steeds meer met de scherpe concurrentie van lagelonenlanden. Van Iperen moest diverse ontslagrondes aankondigen. Vanaf de zomer van 2008 ging hij op zoek naar een strategische partner en in 2010 werd een overname door Canon beklonken. De perfecte combinatie, volgens de topman, omdat er nauwelijks een overlap was tussen de twee bedrijven.

Het besluit dat Océ zijn zelfstandigheid moest opgeven, zegt Van Iperen niet licht te hebben genomen. De worsteling met de noodzakelijke schaalgrootte om te kunnen blijven vernieuwen, dwong hem naar eigen zeggen daartoe. Daarbij was snel gewin voor aandeelhouders geen drijvende factor.

Techniek speelt een centrale rol in het leven van Van Iperen, die tevens een groot autoliefhebber is. Hij is nog steeds lid van de raad van toezicht bij de Technische Universiteit Eindhoven en hij heeft binnen Océ en bij de overheid altijd gehamerd op het belang van innovatie. Zijn grote kennis van en zijn netwerk in de printsector, de belangrijkste tak van Canon, heeft hij nu kunnen verzilveren.