Dat stelde de voorzitter van de organisatie KPMG Gezondheidszorg, Wouter Bos, donderdag in Brussel tijdens de presentatie van een onderzoek in 15 landen naar eHealth. Het gaat om ontwikkelingen van het elektronisch patiëntendossier tot een onlineconsult van een huisarts via een webcam.

Waar meerdere landen in een hogere versnelling gaan, zien we dat in Nederland de versnippering van het zorglandschap domineert, constateerde Bos. Hij sprak over een bijna onverantwoordelijke situatie.

Volgens hem zijn er op kleine schaal meer dan voldoende interessante initiatieven. „Maar dat is niet genoeg om de dreigende achterstand ten opzichte van internationale ontwikkelingen te dichten.” Hij pleitte voor meer gecoördineerde inspanning.

De leider van het internationale onderzoek, Jan de Boer, ziet een opmerkelijke kloof tussen de goede digitale infrastructuur in Nederland en eHealth: „Mensen regelen hun bankzaken online en ook de belastingaangifte doe je van achter je pc. We hebben bovendien de kennis en de creativiteit in huis. Maar op het gebied van eHealth is ons zorglandschap nog grotendeels 1.0.”

Bij de presentatie van het rapport werd gewezen op een succesvolle eHealth-programma in Groot-Brittannië. Het richt zich op patiënten met diabetes, de chronische longziekte COPD en chronisch hartfalen. Het leidde bijvoorbeeld tot 15 procent minder bezoeken aan de spoedeisende hulp en 20 procent minder spoedopnames.

De regering-Cameron besloot op basis van deze resultaten om in 5 jaar 3 miljoen chronisch patiënten met behulp van eHealth zo veel mogelijk thuis te behandelen. Naar verwachting levert dit een besparing op van ruim 1 miljard euro.