IND stopt met afwijzen van verzoeken om pardon
De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) stopt er voorlopig mee asielzoekers af te wijzen die in aanmerking willen komen voor pardon omdat zij een ”schrijnend geval” zouden zijn.
Dat zei minister Verdonk van Vreemdelingenbeleid vrijdag na afloop van de ministerraad. Over de status van ”schrijnend geval” is onrust ontstaan door van elkaar afwijkende uitspraken van rechters.
Rechters in Maastricht en Utrecht oordeelden onlangs dat asielzoekers die menen zo’n schrijnend geval te zijn, slechts mogen worden afgewezen als daaraan een goede motivering ten grondslag ligt. De rechter in Assen daarentegen bepaalde dat de overheid wel degelijk de wettelijke ruimte heeft mensen de status van ”schrijnend geval” niet toe te kennen, dat kortweg aan hen te laten weten en hen vervolgens het land uit te sturen.
Minister Verdonk heeft daarom de IND opdracht gegeven voorlopig geen afwijzingsbrieven meer te sturen aan mensen die menen een schrijnend geval te zijn. Zij wil eerst de criteria vastleggen waaraan afgemeten kan worden of iemand in aanmerking komt voor de eenmalige pardonregeling. De criteria zullen waarschijnlijk begin september klaar zijn, verwacht Verdonk. Dan zal er een einde komen aan alle onduidelijkheid.
Inmiddels hebben zo’n 7000 asielzoekers de minister een brief geschreven waarin ze een beroep doen op de zogeheten inherente afwijkingsbevoegdheid. Op grond van die bevoegdheid kan de minister asielzoekers die eigenlijk moeten worden uitgewezen, toch een verblijfsvergunning geven. Dat kan met name gebeuren op humanitaire gronden.
De discussie over de schrijnende gevallen is ontstaan in de nadagen van de ambtstermijn van de vorige minister van Vreemdelingenbeleid, de LPF’er Nawijn. Die riep begin dit jaar asielzoekers op zich te melden voor de zogeheten afwijkingsbevoegdheid. Hij gaf daarmee handen en voeten aan de opvatting van de vroegere LPF-leider Fortuyn, die van mening was dat er een streng asielbeleid moest zijn, maar dat asielzoekers die te lang in de procedure hebben gezeten, pardon moesten krijgen.
VluchtelingenWerk Nederland hoopt dat er snel een heldere regeling komt voor de schrijnende gevallen, vooral omdat er zo veel mensen een beroep op doen. „De onduidelijkheid zoals die er nu is, is een politiek probleem. Dit moet geen probleem van de rechters worden”, aldus een woordvoerster van VluchtelingenWerk.
Asielzoekers die al per brief te horen hebben gekregen dat zij niet voor de status ”schrijnend geval” in aanmerking komen, kunnen zich straks, als de nieuwe regeling er is, nogmaals aanmelden.