Medewerker SGJ seksueel over de schreef
AMERSFOORT – De twee calamiteiten die voor de Inspectie Jeugdzorg mede aanleiding waren de Stichting SGJ Christelijke jeugdzorg (SGJ) onder verscherpt toezicht te plaatsen, hebben beide te maken met seksueel grensoverschrijdend gedrag jegens minderjarige kinderen op wie de SGJ het toezicht had.
Dat heeft verantwoordelijk SGJ-bestuurder Z. B. Nitrauw donderdag bevestigd.
Een van de twee gevallen betreft seksueel grensoverschrijdend gedrag van een SGJ-medewerker richting een cliënt op een van de behandelgroepen. De medewerker is per direct ontslagen. Ook heeft de SGJ aangifte tegen hem gedaan.
De andere calamiteit vond plaats in de thuissituatie, in een gezin waarin de ouders de verantwoordelijkheid over de opvoeding hadden moeten overdragen aan een SGJ-gezinsvoogd. De persoon die over de schreef ging, was een familielid van een van de kinderen, aldus Nitrauw.
Na meldingen over calamiteiten te hebben ontvangen, gaat de jeugdzorginspectie veelal als eerste na tegen welk decor ze zich hebben afgespeeld. In het geval van de SGJ pakte dat ongunstig uit, stelt Nitrauw. „Wat in ons nadeel is uitgevallen, zijn de twee reprimandes van de inspectie waar we rond 2008 tegenaan gelopen zijn tijdens het implementeren van een nieuw risicomanagementsysteem voor gezinsvoogden en werkers in de pleegzorg. Het systeem is inmiddels operationeel, maar waar de jeugdinspectie ons destijds terecht op aansprak, is dat de invoering ervan te traag verliep.”
Wat de klachten en signalen die de inspectie de afgelopen maanden ontving over het functioneren van de SGJ precies behelzen, zegt Nitrauw nog niet te kunnen overzien.„Het betreft onder meer klachten die cliënten rechtstreeks bij de inspectie hebben geuit.”
De externe klachtencommissie van de SJG ontving tussen 2005 en 2009 jaarlijks 6 tot 10 klachten, zo blijkt uit de jaarverslagen die vanaf de website van de SGJ online zijn te raadplegen. Van de 6 klachten uit 2009 werden er 4 geheel of gedeeltelijk gegrond verklaard.
Navraag bij de Inspectie Jeugdzorg wijst uit dat seksueel grensoverschrijdend gedrag door hulpverleners in een instelling of door pleegouders in de periode 2005 tot en met mei 2010 dertig keer bij de toezichthouder is gemeld.