Poolse regering wankelt om pensioenen
WARSCHAU (ANP) – Binnen de coalitie van de Poolse premier Donald Tusk is ernstige verdeeldheid ontstaan over de hervormingen van de pensioenen. Het conservatief-liberale Burgerplatform van de premier regeert samen met de sociaal conservatieve Poolse Volkspartij (PSL), maar dat verbond begint grote scheuren te vertonen.
Het verschil tussen mannen en vrouwen in het Poolse stelsel blijkt een heet hangijzer voor de regering. Vrouwen mogen in Polen eerder met pensioen dan mannen. Waar mannen vanaf 65 kunnen stoppen met werken, mogen vrouwen vanaf 60 jaar afzwaaien. Dat verschil is een culturele erfenis: Van (groot)moeders wordt verwacht dat ze naast hun werk ook de volledige zorg voor hun (klein)kinderen opnemen. Die rolverdeling is vooral op het Poolse platteland, de electorale basis van de PSL, nog sterk aanwezig.
Het Burgerplatform wil de pensioenen tussen man en vrouw gelijkschakelen, en de pensioensleeftijden voor beide seksen ophogen naar 67 jaar. De PSL stelt voor om de leeftijden op te hogen tot 67 jaar voor mannen en 63 jaar voor vrouwen, of om vrouwen met kinderen eerder met pensioen te laten gaan. Tusk wil daar niets van weten, onder meer omdat een dergelijk verschil tegen de regels van de Europese Unie ingaat.
Op dinsdag hadden de partijen gepland tot een akkoord te komen, en verwacht werd dat de PSL zou inbinden. Die partij staat er slecht voor in de peilingen, en het Burgerplatform kan met steun van de linksliberaal Janusz Palikot alsnog tot een meerderheid in het Poolse parlement komen. Maar de PSL houdt zijn poot stijf. Bij de formatie afgelopen jaar dreigde die partij dat zij uit de regering stapt wanneer het Burgerplatform gelegenheidspartners zou gaan zoeken.