Belder stelde dit woensdag tijdens een debat in het Europees Parlement over Kazachstan. De Kazachse autoriteiten willen de betrekkingen met de Europese Unie via een partnerschap verdiepen.

Voordat de EU daarmee instemt, moet er wat Belder betreft nog heel wat gebeuren. Zo schendt het land volgens hem „op flagrante wijze het grondrecht van de geloofsvrijheid. Onder de dekmantel van een in de herfst van 2011 geforceerd ingevoerde nieuwe religiewet beroemen zij zich op de gedwongen ontbinding van 579 „religieuze organisaties”.”

Daar komt bij, stelde de europarlementariër woensdag, dat christelijke gemeenten ook nog eens te kampen hebben met van overheidswege gestichte ”anti-sektencentra” die –onder surveillance van politie en geheime dienst– „de publieke opinie antireligieus mobiliseren. Huiszoekingen bij weerloze christelijke burgers, inbeslagneming van hun bezittingen, allemaal zonder enige wettelijke legitimatie, vormen het inktzwarte decor van de verplichte herregistratie van geloofsgemeenschappen. Chicanes tegen huiskerken, inclusief gigantische boetes voor hun voorgangers, completeren het schrikbeeld van geloofsvervolging in Kazachstan.”