Dat blijkt uit donderdag bekendgemaakte onderzoeksresultaten van de Inspectie Leefomgeving en Transport. „Dat het schip met te weinig ballast vertrok naar zee, is een foute inschatting geweest in de voorbereiding van de zeereis en getuigt van slecht zeemanschap.”

Het schip vertrok zonder lading richting Polen. Een zeeschip neemt altijd ballastwater in als er geen of weinig gewicht aan lading zit, legde de inspectie uit. „Maar in dit geval verzuimde de schipper voldoende in te nemen, waardoor het zeeschip te hoog op het water lag om normaal te kunnen varen.”

De bulkcarrier kwam in de problemen toen het buiten de pieren van IJmuiden voer. Het schip begon flink te slingeren en de hoofdmotor viel meerdere keren uit. Het lukte de schipper niet om te ankeren.

Het Filipijnse schip kon de dag erna na meerdere pogingen worden vlotgetrokken en voer vervolgens door naar Polen om een lading op te halen.