Doodstraf voor een van daders aanslag Bali
De rechtbank in de Indonesische hoofdstad Jakarta heeft de militante moslim Amrozi vandaag ter dood veroordeeld. De rechters achtten bewezen dat hij heeft meegewerkt aan het beramen en uitvoeren van de aanslagen op het eiland Bali. Die kostten op 12 oktober 2002 mensen het leven. Advocaten hebben aangegeven tegen het vonnis in beroep te gaan.
De uitspraak tegen de 41-jarige automonteur Amrozi is de eerste in verband met de aanslagen op Bali. Amrozi was ook de eerste verdachte die na de aanslagen werd gearresteerd.
Na het aanhoren van het vonnis draaide Amrozi zich om naar de zaal en stak lachend zijn duimen omhoog. Bij het betreden van de rechtbank had Amrozi beledigende woorden aan het adres van Joden geuit. Ook riep hij ”Allah akbar” (Allah is groot). Vanuit de zaal, waar veel nabestaanden van de slachtoffers van de Bali-aanslagen, zaten, klonk applaus toen het vonnis werd uitgesproken.
Er is Jakarta veel aan gelegen om het vertrouwen van de internationale gemeenschap -en dan met name van het bedrijfsleven en de toeristische sector- terug te winnen vanwege de economische malaise in het land en de vele lege hotels op Bali. Vooral na de aanslag van afgelopen dinsdag op het JW Marriott-hotel in Jakarta is de regering erop gebrand daden te tonen bij de aanpak van het terrorisme.
Vandaar dat het vonnis tegen Amrozi in schril contrast staat met de milde straffen die vorige week zijn uitgesproken, of zelfs helemaal niet zijn uitgesproken, tegen Indonesische militairen tijdens het Oost-Timor-tribunaal. Het Indonesische leger is verantwoordelijk voor het bloedbad dat op Oost-Timor werd aangericht nadat de bevolking zich daar in 1999 in een referendum voor onafhankelijkheid van Indonesië had uitgesproken. De meest verantwoordelijken lopen echter vrij rond.
De doodstraf heeft Jakarta overgenomen van de Nederlanders, die tot aan de Tweede Wereldoorlog heer en meester in Indonesië waren. Voor het laatst werd de straf daadwerkelijk uitgevoerd in 2001, toen twee mannen voor een vuurpeloton stierven omdat ze in 1989 voor meervoudige moord in de West-Timorese stad Kupang waren veroordeeld. Sinds halverwege de jaren zestig, toen Suharto als president aan de macht kwam, zijn 62 burgers door een rechter ter dood veroordeeld. Vijftien van hen zijn ook daadwerkelijk ter dood gebracht. Onder Suharto zijn vooral de jarenlang uitgestelde, maar ten langen leste toch uitgevoerde executies van „communisten” berucht geworden. Zij werden in de jaren ’60 ter dood veroordeeld en gevangengezet. Pas vele jaren later volgde hun executie.
In Indonesië zijn executies het werk van een veertien man tellend vuurpeloton, dat is geselecteerd uit leden van de mobiele brigade van de politie, de Brimob.
Overigens zijn de advocaten van Amrozi van plan in hoger beroep te gaan tegen het vonnis. Die procedure kan jaren in beslag nemen omdat er drie achtereenvolgende beroepsmogelijkheden zijn. Uiteindelijk kan ook op het staatshoofd een beroep worden gedaan voor gratieverlening.
Amrozi kreeg de bijnaam ”de lachende terrorist”. Steeds verscheen hij breed lachend in het openbaar.