Kind wacht ruim 9 weken op jeugdzorg
AMSTERDAM – Provincies en stadsregio’s gaan ervan uit dat een kind altijd langer dan negen weken kan wachten op jeugdzorg, tenzij er een crisissituatie is. Het systeem van verantwoord wachten op jeugdzorg wordt daarbij omgekeerd, waardoor bijna 3000 kinderen ‘verantwoord’ langer wachten dan is afgesproken.
Dat stellen verschillende regionale rekenkamers die het systeem onderzochten in het rapport ”(On)verantwoord wachten op jeugdzorg”, dat vandaag verscheen. Sinds 2010 mogen kinderen bij uitzondering langer dan de maximale negen weken wachten op zorg, als Bureau Jeugdzorg vaststelt dat het geen kwaad kan. „Het systeem wordt nu omgekeerd”, meent een woordvoerder van de Randstedelijke Rekenkamer.
„Er wordt gesteld dat elk kind verantwoord wacht, tenzij er een crisis is.” Naar kinderen die niet de juiste zorg krijgen, is niet gekeken of zij verantwoord op een wachtlijst te staan. Van slechts zes kinderen is vastgesteld dat ze daadwerkelijk te lang wachten.
De rekenkamers adviseren naar aanleiding van hun rapport om de urgentie als maatstaf te houden voor de snelheid van de zorgverlening en om ook gevallen die al enige vorm van zorg krijgen, onder de loep te nemen. Zo kan de politiek een beter beeld krijgen van de problemen binnen de jeugdzorg en worden wachtlijsten korter. De jeugdzorg wordt naar gemeenten overgeheveld en gemeenten krijgen meer taken in de Wet maatschappelijke ondersteuning. Ze gaan ook de Algemene wet bijzondere ziektekosten uitvoeren.