Verkering als compensatie voor de thuissituatie
TILBURG – Tieners die zich thuis minder geaccepteerd voelen, krijgen eerder verkering dan kinderen die opgroeien in een stabiel gezin. „Als ze thuis niet voldoende warmte en liefde krijgen, zoeken ze blijkbaar elders compensatie”, zegt sociologe Katya Ivanova.
De van oorsprong Bulgaarse wetenschapper deed onderzoek naar de invloed van gebeurtenissen in het gezinsleven op het moment dat tieners met verkering beginnen. Ze baseerde zich daarbij op de gegevens van bijna 2000 Nederlandse jongeren. Maandag promoveert ze op haar onderzoek aan de Rijksuniversiteit Groningen.
„Ieder mens heeft een fundamentele behoefte om bij iemand te horen”, stelt ze. „Jongeren die thuis afwijzing ervaren, gaan sneller op zoek naar een vriendje of vriendinnetje om daar geborgenheid en warmte te vinden.”
Het heeft haar dan ook niet verbaasd dat veel jongeren die in de puberteit een scheiding van hun ouders meemaken, eerder aan een relatie beginnen dan leeftijdsgenoten uit gezinnen die intact zijn. Opvallend is wel dat dit effect alleen zichtbaar is bij tieners die tussen hun elfde en hun dertiende met een echtscheiding te maken krijgen. Bij jongeren die voor hun elfde of tussen hun dertiende en hun zestiende een scheiding meemaken, is dit effect niet gemeten.
„Blijkbaar is die begintijd van de pubertijd cruciaal in de ontwikkeling”, verklaart Ivanova. „Het is een periode waarin jongeren extra gevoelig zijn voor ingrijpende gebeurtenissen zoals een scheiding, waarschijnlijk door de andere grote veranderingen die ze in die tijd te verwerken hebben.”
Opmerkelijk is dat jongeren uit een eenoudergezin wel minder snel verkering krijgen. „Dan is er ook vaak wel sprake van een scheiding, maar niet in de cruciale levensperiode aan het begin van de puberteit. De tiener heeft dan de tijd gekregen om weer een stabiele relatie op te bouwen met de ouder.”
Ivanona zag op dit punt ook een duidelijk verschil met Amerikaans onderzoek. In de Verenigde Staten krijgen jongeren uit eenoudergezinnen wél vroeger verkering. Het is speculeren naar de reden voor dat verschil, aldus de onderzoekster. „Mogelijk komt het doordat Nederlandse eenoudergezinnen meer financiële steun krijgen van de overheid. Alleenstaande ouders hoeven hier niet fulltime te werken zoals in Amerika.”
„Er is nog veel wat we niet weten”, benadrukt de sociologe. „Zo hebben we niet onderzocht hoe het verder gaat met die relaties en of het negatieve gevolgen heeft als jongeren op jongere leeftijd verkering hebben. Misschien zijn tieners nog wel niet klaar voor verkering of kunnen ze nog geen goede relatie onderhouden. Dat hebben we aan de hand van deze data niet vast kunnen stellen.”
Wat haar in ieder geval intrigeert is dat er zelfs al een verband blijkt te zijn met de band met de ouders, als je alleen nog maar naar het begin van de relaties kijkt.
Een vervolgstudie naar de kwaliteit van relaties van adolescenten is nog wel nodig, vindt Ivanova, maar dat laat ze graag over aan andere onderzoekers. „Zelf heb ik nu voor een andere focus gekozen. Voor Tilburg University werk ik aan een onderzoek naar tweede huwelijken. Ik kijk welke factoren bepalen of het een succes wordt. Het gaat nog steeds over familierelaties, maar dan meer gericht op volwassen.”