Vertrek Cohen pas begin van vernieuwing PvdA
Het vertrek van Job Cohen is pas het begin van de noodzakelijke vernieuwing van de PvdA, betoogt Peter van der Heiden.
PvdA-fractievoorzitter Job Cohen maakte maandag bekend zijn functie neer te leggen (RD 21-2). Zijn beslissing is een terechte, die respect verdient. Maar de vraag moet wel gesteld worden waarom hij überhaupt op het schild gehesen werd.
Een bruggenbouwer als oppositieleider – je kunt ook het onmogelijke van iemand verlangen. Het is de partij die Cohen in deze positie heeft gebracht. Het tekortschietende optreden van de PvdA-fractievoorzitter in de oppositie kan hem daarom niet persoonlijk worden aangerekend.
De PvdA gokte en verloor. De werdegang van Cohen –van bewierookt aspirant-minister-president tot mislukt oppositieleider– weerspiegelt de situatie in de PvdA: van kandidaat-regeringspartij tot outcast in de peilingen.
Natuurlijk, Cohen was een prima tegenwicht tegen de PVV – in gevoelsmatig opzicht. Verbaal is hij echter geen moment in staat geweest om enig tegenspel aan Wilders te bieden. En dat verbale is nu net waarom het gaat, zoals politici als Rutte en Roemer vrijwel dagelijks laten zien.
Een politicus redt het tegenwoordig niet zonder oneliner, zonder af en toe een verbale knock-out uit te delen. Het lag karakterologisch te ver af van Cohen om daaraan mee te kunnen doen. Dát is die „Haagse en mediawerkelijkheid” waarover Cohen sprak.
Met zijn uitgesproken afschuw van polarisatie betoonde Cohen zich een prima nazaat van de oude Drees. Een bestuurder, geen politicus. Maar het past niet meer in deze tijd. Het landsbestuur is gepolitiseerd en gepolariseerd, en daar heeft iedere politicus het maar mee te doen.
Bureaucraten
Het vertrek van Cohen is overigens zeker geen panacee. De hele PvdA-fractie zit namelijk vol met Cohens, en een gedoodverfde opvolger is daar dan ook niet te vinden. De nieuwe fractievoorzitter zal een tussenpaus worden, in afwachting van de echte nieuwe leider. De PvdA is namelijk een bestuurderspartij geworden waarin het bedrijven van politiek ver te zoeken is. Goedwillende en vast zeer bekwame bureaucraten aan wie je met een gerust hart beleid kunt overlaten.
Maar een heldere politieke stellingname? Die ontbreekt in hoge mate. Daarin verschilt de PvdA in essentie niet van het CDA, en het is geen toeval dat het nu net deze twee partijen zijn die volgens de peilingen de grootste electorale klappen krijgen.
Beide partijen ontberen een duidelijk politiek profiel, waardoor ze de adem van andere partijen in hun nek voelen, ook en wellicht zelfs vooral in hun traditionele doelgroepen. Daar wordt erger dan in het politieke niemandsland het gebrek aan nestgeur ervaren. Het voormalige kernelectoraat van zowel PvdA als CDA voelt zich in de steek gelaten, ontheemd, verlaten door de beweging die decennialang voor zijn belangen opkwam.
Die aansluiting zal de PvdA weer moeten zoeken en vinden, wil zij weer een politieke factor van belang worden. Dat betekent dat zij er niet is met een nieuwe partijleider, maar dat zij zowel in inhoud als in vorm moet vernieuwen.
Het CDA heeft dat proces direct na de verkiezingen als regeringspartij gestart –met alle gevaren van dien– maar de PvdA heeft, verblind door het relatieve verkiezingssucces van 2010 (bijna de grootste!) twee belangrijke jaren laten liggen.
In wezen teert de sociaaldemocratie nog op het gedachtegoed van oud-premier Kok, die eind jaren tachtig de ideologische veren afschudde en het neoliberalisme omarmde. Zo’n twintig jaar later komt de PvdA niet veel verder dan een nuancering van dat neoliberalisme, gezien de uitwassen van de laatste jaren. Het ontbreekt de PvdA kortom aan een dwingend verhaal.
Idealen
Het bizarre is dat de verkiezingen van de afgelopen tien jaar laten zien dat je zo’n verhaal niet per se nodig hebt voor electoraal succes. Fortuyn en Wilders schoten omhoog dankzij wat oneliners en een uiterst dun verkiezingsprogram.
Dat zou de PvdA ook kunnen overkomen met een nieuwe lijsttrekker. Sterker nog, het is die partij al eens overkomen onder Bos in 2006. Maar de daaropvolgende periode heeft laten zien dat zo’n ‘dunne’ verkiezingsoverwinning voor een partij als de PvdA niet voldoende is.
De sociaaldemocratie, als klassieke ideologie, moet mensen inspireren en voor langere tijd aan zich kunnen binden om een stempel te kunnen drukken op de inrichting van de samenleving.
Met het vertrek van Cohen en het zoeken van een opvolger begint het dus pas voor de PvdA. De partij zal zichzelf opnieuw moeten uitvinden, moeten zoeken naar een moderne vertaling van de sociaaldemocratische idealen en daar een aansprekend politiek leider bij zoeken.
Als die niet gevonden worden of niet electoraal aanslaan, zal de PvdA moeten accepteren dat haar positie definitief wordt overgenomen door de SP.
De auteur is als politicoloog verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen en freelance politiek analist.