Op de geluidsband roept de man die Saddam zou zijn, het Iraakse volk op de bezittingen van de staat en van zijn ontbonden Ba’ath-partij te bewaken, totdat „alles weer normaal is.” Hij noemde het noodzakelijk zelfs degenen te „redden” die „het land verraadden” door samen te werken met de Amerikaanse bezetters.

De spreker riep ook op tot verzet tegen de Amerikaanse bezetting en voorspelde dat de Amerikaanse en Britse troepen spoedig verslagen zullen zijn als gevolg van de aanslagen door Iraakse strijders. De spreker gaf 27 juli op als datum waarop zijn boodschap was opgenomen.

De nieuwe band is de zesde die de Arabische televisiezender toeschrijft aan Saddam sinds die op 9 april werd verdreven. Amerikaanse inlichtingendiensten vermoeden dat de opnames authentiek zijn.

Bij een logistieke basis van de Poolse strijdkrachten in Irak zijn donderdagavond vijf mortiergranaten ontploft, heeft het Poolse ministerie van Defensie bekendgemaakt. Niemand raakte gewond. Wie de aanval heeft uitgevoerd is niet bekend.

De granaten kwamen neer aan de rand van de basis in Hillah, ongeveer 100 kilometer ten zuiden van Bagdad. In het kamp bereiden 89 Poolse militairen, aangevuld met enkele Bulgaren, Roemenen en Hongaren, de komst voor van een door Polen geleide vredesmacht van 9000 man.

Dit najaar wordt in Spanje een conferentie gehouden om geld in te zamelen voor de wederopbouw van Irak. Dat maakte de Spaanse vice-premier Mariano Rajoy vrijdag bekend.

De Spaanse regering, een uitgesproken voorstander van de oorlog in Irak, heeft de Wereldbank gevraagd in te schatten wat er in Irak moet gebeuren en wat dat gaat kosten. De conferentie wordt ergens tussen oktober en december gehouden.

De Britse regering is op zoek naar 200 agenten die politiemannen in Irak willen opleiden en begeleiden. Dat zei staatssecretaris van Binnenlandse Zaken Caroline Flint vrijdag.

De Britten kunnen helpen een gerespecteerde politiemacht op te zetten die Irak stabiliteit zal brengen, zei Flint. „De professionaliteit en expertise van de Britse agenten is van onschatbare waarde voor de hervorming in het Iraakse politieapparaat.”

Bij diverse aanvallen tegen de Amerikaanse troepen zijn vrijdag ten westen van Bagdad vier Iraakse aanvallers gedood en drie Amerikaanse militairen lichtgewond geraakt. Dat heeft een woordvoerder van de Amerikaanse troepen vrijdag gemeld.

„Vier aanvallers zijn gedood nadat ze een verkenningskonvooi hadden aangevallen”, zei sergeant eerste klas Keith O’Donnell. Zijn regiment bleef daarbij ongedeerd en liep ook geen materiële schade op, liet hij verder weten.

O’Donnell zei dat de Amerikaanse troepen ten westen van Bagdad de afgelopen 24 uur acht keer doelwit waren van aanvallen. „Het is lang geleden dat we er zo veel hebben gehad”, voegde hij eraan toe.

Drie Amerikaanse militairen raakten lichtgewond toen vrijdagmiddag een mijn explodeerde vlakbij hun kamp in al-Habania, een vroegere Iraakse legerbasis bij Fallujah die nu door de Amerikanen wordt gebruikt.

Tot slot meldde O’Donnell nog de arrestatie van negen Iraki’s in Fallujah. Zeven van hen hadden granaten bij zich en de andere twee werden opgepakt omdat ze foto’s van Saddam Hussein droegen.

In Irak staat, na een explosie donderdagavond, een oliepijpleiding in brand. Dat heeft de algemeen directeur van de olieraffinaderij in Baiji, Majid Mamuni, vrijdag gezegd. Volgens een lokale politieofficier is de leiding gesaboteerd.

Politie en getuigen zeiden donderdagavond een grote explosie te hebben gehoord. Een hoge politieofficier zei dat het een aanslag was, maar durfde niet te zeggen wie erachter zat. „Het zouden de fedayeen kunnen zijn, of aanhangers van het vorige regime, of criminelen”, aldus de functionaris. Amerikaanse legerhelikopters cirkelden vrijdag boven de plek, ongeveer 200 kilometer ten noorden van de hoofdstad Bagdad. Dikke zwarte rookwolken markeerden de plaats van de brand, nabij een raffinaderij in Baiji. Die plaats ligt in een gebied waar de voortvluchtige ex-dictator Saddam Hussein nog veel steun geniet.

In juni vonden vijf aanslagen plaats op Iraakse olie- en gasinstallaties. Om de pijpleidingen en raffinaderijen beter te beschermen, wordt een bewakingsdienst van maximaal 6000 Irakezen in het leven geroepen. Deze organisatie gaat een buizenstelsel van in totaal 7400 kilometer bewaken.