Dat constateert de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) aan de hand van een studie die zij samen met het ministerie van Volksgezondheid heeft laten uitvoeren door onderzoeksbureau Ecorys. Daarbij keek de marktmeester onder meer naar de situatie in Duitsland. Ziekenhuizen vormen daar met soms wel meer dan 100 tegelijk inkoopcombinaties, en laten de onderhandelingen met leveranciers vaak over aan onafhankelijke, commerciële partijen.

Daardoor hebben zij een sterkere onderhandelingspositie tegenover leveranciers van bijvoorbeeld chirurgische instrumenten, röntgenapparatuur, mondkapjes en protheses. Dat leidt tot gunstigere prijzen en daarmee tot kostenbesparingen in de gezondheidszorg.

Zorginstellingen kunnen volgens de NMa leren van de Duitse aanpak, hoewel de prijzen in beide landen niet een op een met elkaar te vergelijken zijn. Verder adviseert de toezichthouder zorgverzekeraars om meer aandacht te besteden aan de kostenvoordelen die bij de inkoop kunnen worden behaald. De verzekeraars wordt een steeds grotere rol toegedicht bij het beheersen van de zorgkosten, maar daarbij kijken zij vooral naar het totale plaatje.