Dat zegt vicepremier Ivica Dacic van Servië woensdag in een interview met de krant Novosti in Belgrado. Servië heeft nooit de onafhankelijkheid erkend van zijn voormalige provincie Kosovo, die zich, gesteund door de VS en de meeste EU-landen, vier jaar geleden onafhankelijk verklaarde.

De hindernissen die Brussel telkens opwerpt voor het streven van Servië om aansluiting te krijgen bij de EU, leveren in het land steeds meer frustraties op, alduc Dacic. Bij de Servische bevolking neemt de populariteit voor de EU steeds verder af. Daarentegen is er traditioneel veel sympathie voor de Russen, aldus de vicepremier. In december weigerde de EU Belgrado nog de EU-status, hoewel de laatste voortvluchtigen van oorlogsmisdaden waren uitgeleverd aan het Joegoslavië Tribunaal in Den Haag.

Dacic zei dat Washington en Brussel hem regelmatig aanspreken op een Servisch-Russisch ’Centrum voor Noodsituaties’ bij de stad Nis, dat nu wordt gebouwd. Daar zullen onder meer de Russische blushelikopters worden gestationeerd die vorig jaar al in heel Zuidoost-Europa in actie kwamen om te helpen bij het blussen van bosbranden.

„Dan vragen ze aan mij of dat misschien toch geen militaire basis wordt. Als ik dan op mijn beurt vraag wat zij ons te bieden hebben, voor wat hoort wat, dan valt er een stilte. Maar als ze willen voorkomen dat iemand hier het in z’n hoofd haalt om de Russen een basis aan te bieden, dan moeten zowel Europa als Amerika tegenover Servië een onpartijdige politiek voeren”, aldus de Servische vicepremier.