EU: Nederland heeft stabiele economie
STRAATSBURG (ANP) – Nederland heeft een stabiele economie. Twaalf andere EU-lidstaten hebben dat mogelijk niet en zullen worden onderworpen worden aan een uitgebreid onderzoek. In landen als onder meer Spanje, Italië, Frankrijk en België is er mogelijk sprake van zogenoemde macro-economische onevenwichtigheid door bijvoorbeeld een te hoge schuld of een verslechterde exportstatus.
Eurocommissaris Olli Rehn maakte dinsdag in Straatsburg de eerste studie openbaar naar deze balans in macro-economische factoren in de EU-landen. Er is onder meer gekeken naar de huizenmarkt, de handelsbalans en de schulden van de private sector.
De 12 lidstaten waar de Europese Commissie nader onderzoek naar zal doen zijn: België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Finland, Frankrijk, Italië, Hongarije, Slovenië, Spanje, Verenigd Koninkrijk en Zweden. Landen die nu al onder economisch toezicht staan (Griekenland, Ierland, Portugal en Roemenië) zijn buiten beschouwing gelaten.
Rehn benadrukte dat het rapport niet bedoeld is om landen aan de schandpaal te nagelen, maar om potentiële gevaarlijke situaties in kaart te brengen en te corrigeren. Als uit het onderzoek blijkt dat er inderdaad sprake is van schadelijke onevenwichtigheid, dan zal de Europese Commissie het betreffende lidstaat aanbevelingen geven ter correctie.
De gemaakte studie past in het uitgebreide takenpakket van Rehn als het gaat om begrotings- en economisch beleid. Minister Jan Kees de Jager (Financiën) reageerde tevreden op de eerste bevindingen. „Het is goed dat de Commissie de kracht van de Nederlandse economie bevestigt.” Hij voegde eraan toe dat het belangrijk is om problemen met de concurrentiekracht in de EU op tijd te zien en aan te pakken.
Minister Maxime Verhagen (Economische Zaken) erkende dat ook in Nederland „ruimte” is voor verbetering. Hij zei dat dit kabinet daar verder aan zal werken.
Verhagen ondersteunt de aanpak van de commissie: „De enige manier om ellende met landen als Griekenland, Ierland en Spanje te voorkomen, is ingrijpen voordat het fout gaat. Landen moeten gedwongen worden orde op zaken te stellen wanneer ze er een potje van maken. Dan moet je niet alleen naar de begroting kijken, maar ook naar de economische kracht van landen.”