Coalitie gaat er vast uitkomen
Nog een paar weekjes wachten en dan is het zover. Op 1 maart maakt het CPB zijn langverwachte ramingen bekend. Dan kan de politieke strijd losbarsten over de noodzakelijke extra bezuinigingen.
Dat aan de inmiddels bekende 18 miljard nog een bedrag toegevoegd moet worden van tussen de 5 miljard en de 10 miljard euro, weten we. En dat dit voor de huidige coalitie een grote opgave wordt, ook. Maar dat neemt niet weg dat het veel uitmaakt of de extra bezuinigingen dichter bij de 5 dan bij de 10 miljard liggen. En dat weten we pas over drie weken.
Niet dat er op dit moment niets gebeurt. De inleidende beschietingen zijn volop gaande. Alle coalitiepartijen slaan, driftig en luidruchtig, hun piketpaaltjes. Zo werd de opmerking van CDA-voorman Verhagen gisteren in De Telegraaf, namelijk dat extra bezuinigingen niet mogelijk zijn zonder wezenlijke hervormingen, meteen gevolgd door geweervuur van Wilders. Het CDA moet een toontje lager zingen, twitterde de van hervormingen weinig geporteerde PVV-leider. Want: „Zonder de PVV geen kabinet.”
Dat alles roept de vraag op waar deze schermutselingen heen voeren. Naar een groot, zelfvernietigend gevecht, dat de ondergang van het kabinet-Rutte/Verhagen inluidt? Geheel uitgesloten kan zoiets nooit worden. In feite gaat het bij de nieuwe onderhandelingen tussen VVD, CDA en PVV immers om een soort van ‘tussenformatie’. De uitkomst van zo’n proces is even onzeker als dat van een echte formatie.
Toch is het niet waarschijnlijk dat de onderhandelingen over nieuwe bezuinigingen tot de val van deze regering zullen leiden. En dat níét omdat nieuwe verkiezingen niet in het belang van het land zijn.
Dat laatste is trouwens óók waar. Geen enkele burger zit in een tijd van economische crisis te wachten op een lange periode van politieke inertie: verkiezingscampagne, verkiezingsdag, een eindeloze formatie, uitlopend op een coalitie die hoogstwaarschijnlijk uit meer partijen zal bestaan dan de huidige, en dus minder slagvaardig zal zijn.
Maar dat terzijde. De belangrijkste reden waarom de huidige coalitie er waarschijnlijk in gaat slagen tot een compromis te komen, is dat noch VVD, noch CDA, noch PVV op dit moment belang hebben bij nieuwe verkiezingen.
Het tegendeel is het geval. De VVD mag dan niet slecht staan in de peilingen, dat zij bij een volgende verkiezing automatisch en met gemak de grootste wordt, staat lang niet vast. Voor de liberalen geldt dus het motto: houden wat we hebben, te weten de grootste fractie in Tweede en Eerste Kamer én een populaire minister-president.
Nog minder happig op verkiezingen zijn de christendemocraten. Zij staan er in de peilingen al sinds het aantreden van dit kabinet allerbelabberdst voor. Het CDA is volop in discussie over een nieuwe koers en heeft nog geen idee wie zijn volgende leider moet zijn. Dat zijn de minst geschikte omstandigheden voor verkiezingen.
Kon de PVV twee maanden geleden wellicht nog hopen dat een stembusstrijd de partij een nieuwe groei-impuls zou geven, die hoop is inmiddels vervlogen. Haar grote concurrent de SP staat momenteel op de ongelooflijke score van 36 virtuele zetels (wat een groei van 21 zetels zou betekenen); de PVV staat op een voor haar doen magere 20 (wat een verlies van 4 zou betekenen). Geen wonder dat een PVV-Kamerlid recent in de wandelgangen zei dat „verkiezingen nú voor ons desastreus zouden zijn.”
Door dit alles is de kans groot dat VVD, CDA en PVV er straks samen toch uit komen. Makkelijk zal het niet gaan, maar waar een wil is, is een weg. En de politieke wil lijkt aanwezig. Ook bij de meest eigenzinnige van de drie, de PVV.
Wat dit laatste betreft was het veelzeggend dat PVV-Kamerlid Van den Besselaar onlangs in Trouw zei dat het ontslagrecht volgens hem eenvoudiger kan en dat de WW wellicht beter kan worden overgelaten aan werkgevers en werknemers.
Oké, hij bleef vaag over wat hij dan precíes wilde en hij gaf aan dat deze verbeteringen nog niet in deze kabinetsperiode mogen plaatsvinden. Maar het feit dat hier, na het loslaten van de AOW-leeftijd, twee volgende taboes van de PVV lijken te sneuvelen, is veelbetekenend.
Het mag daarom begrijpelijk zijn dat SP-leider Roemer geniet van de huidige populariteit van zijn partij, op verzilvering van die populariteit hoeft hij desondanks nog even niet te rekenen.