Commentaar: Elfstedenkoorts geweken
Nederland ziet er fraai uit deze week. Het schitterende sneeuwdek, de rijp die rijkelijk aan de takken zit en de bevroren wateroppervlakten tonen dat het echt winter is. „Voortaan al de dagen der aarde zullen zaaiing en oogst, en koude en hitte, en zomer en winter, en dag en nacht, niet ophouden”, zo beloofde God na de zondvloed. En Hij maakt het keer op keer waar.
De kou heeft ook een keerzijde. Er rijden minder treinen en wie vorige week vrijdag van een snelweg gebruik moest maken, zal zich dat nog lang heugen. Verder zijn er natuurlijk de uitgevallen cv-ketels, bevroren waterleidingen en haperende auto’s. Dat is veelal klein leed.
Groot is het verdriet van degenen die door het winterweer een geliefde moeten missen. Niet alleen in Oost-Europa zijn mensen vanwege onderkoeling om het leven gekomen, ook in ons land. Ook zijn er doden te betreuren omdat het ijs nog niet sterk genoeg was. Een roepstem voor allen die nog leven.
Maandag raakte Nederland bevangen door de elfstedenkoorts. Zou de tocht der tochten dan na vijftien jaar opnieuw verreden kunnen worden? Al snel waren niet alleen hysterische Hollanders, maar ook nuchtere Friezen besmet met het virus. Met man en macht werd de route ijsvrij gemaakt. Een mooie Nederlandse traditie zou herleven. Iedereen was in rep en roer. Plannen werden gemaakt, hotelkamers geboekt en Chocomel ging op zoek naar de oudste Nederlander die de tocht zou schaatsen.
Maar zit er aan dit alles ook niet een keerzijde? In Friesland heeft men ook allerlei negatieve herinneringen aan de Elfstedentocht vanwege het vandalisme dat al dan niet onder invloed van drank werd gepleegd. Veel kroegen hadden ook ditmaal al extra voorraad ingeslagen.
Nu de Vereniging De Friesche Elf Steden heeft besloten dat de tocht voorlopig niet doorgaat, lijkt Nederland weer koortsvrij te zijn.
De discussie over de vraag of de tocht ook op zondag plaats zou kunnen vinden, maakt pijnlijk duidelijk dat Nederland meer en meer geseculariseerd raakt. Enkele tientallen jaren geleden zou dit absoluut niet aan de orde zijn geweest.
Nu is er tussen christenen verschil van opvatting over de besteding van de zondag. Wie wel eens contact heeft met christenen in het buitenland, weet dat zij veelaal minder hechten aan zondagsheiliging dan orthodox-gereformeerde Nederlanders. Menigeen reist op zondag met het openbaar vervoer en doet op die dag boodschappen. Verwezen wordt daarbij naar wat de apostel Paulus schrijft in Romeinen 14:5, dat de een de ene dag boven de andere acht en de ander niet.
Orthodoxe christenen in Nederland die de zondag beschouwen als de rustdag en daarbij onder meer verwijzen naar het vierde gebod van de Tien Geboden hebben, met de gereformeerde traditie in de rug, echter sterkere papieren. De ophef van de afgelopen dagen heeft duidelijk gemaakt dat met deze opvatting, die enkele decennia geleden min of meer gemeengoed was in ons land, amper nog rekening wordt gehouden.
En dat is een pijnlijke conclusie.