Calculerend versus meelevend
Technologie maakt het de mens makkelijker en verhoogt de welvaart. Maar er zitten ook nadelen aan nieuwe mogelijkheden. Dit geldt zowel voor webwinkels als voor de intensieve veehouderij. Detailhandel en dierenwelzijn, twee uiteenlopende gebieden waar de overheid er goed aan doet een helpende hand te bieden.
De invloed van internet op het dagelijks leven neemt nog altijd toe. Informatiestromen lopen steeds vaker via internet en sociale media zijn niet meer weg te denken. Vaak met mooie gevolgen. We vinden vrienden terug die jaren geleden uit het zicht raakten en als je met een vraag zit, vind je door te googelen binnen enkele minuten het antwoord.
Ook steeds meer economische activiteiten lopen via internet. Naast het regelen van financiële zaken en het boeken van vakantiereizen gaat het dan veelal om winkelen in de vele webwinkels. Van oudsher was het al mogelijk om kleding en schoenen te kopen via postorderbedrijven, maar het aandeel in de totale omzet bleef beperkt. Men wilde graag de jurk of broek toch nog even passen in de winkel; de fotootjes in de catalogus boden te weinig informatie. Maar met de opkomst van internet zijn de digitale verkopen sterk gestegen. Het computerscherm geeft meer informatie en men kan inzoomen tot op detailniveau. Dit geldt niet alleen voor kleding, maar ook voor audiovisuele apparaten, computers en muziek. Naar de brievenbus lopen hoeft niet meer, een paar klikken op de muis en het product wordt thuisbezorgd.
De schaduwzijde van deze ontwikkeling is dat de omzet in de detailhandel achteruitgaat, waardoor winkels sluiten en de leegstand in winkelcentra toeneemt. De afnemende verkopen zijn natuurlijk ook toe te schrijven aan de zwakke economie, maar het negatieve effect van de webshops is onmiskenbaar. De consument die na zijn internetaankoop nog even de deur uit gaat, ziet met lede ogen hoe de sfeer in zijn stad of dorp achteruitgaat door de lege winkelpanden. Toch zal hij niet snel besluiten om dan voortaan maar niet meer te winkelen op internet. De calculerende consument wint het van de meelevende burger.
Toegenomen technologische mogelijkheden hebben eveneens geleid tot een enorme schaalvergroting in de veeteelt. Varkens, runderen en kippen worden in steeds grotere stallen gehouden, onder in veel gevallen onwenselijke omstandigheden. Het aantal landbouwhuisdieren loopt in de miljoenen, waarvan het overgrote merendeel in de bio-industrie. Volgens gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek worden er per jaar circa 490 miljoen stuks runderen, varkens, schapen en pluimvee geslacht. Behalve de ruim een half miljoen vegetariërs in Nederland voelen vele vleesetende consumenten zich daar niet goed bij.
Sommigen kiezen ervoor om uitsluitend biologisch vlees te eten, maar het prijsverschil stimuleert daarbij niet. Biologisch vlees is ongeveer vijf keer zo duur. Daarnaast zullen velen redeneren dat hun bijdrage niet veel uitmaakt op het geheel. De omstandigheden voor het overgrote deel van de dieren verbeteren niet als een enkele consument afziet van het kopen van goedkoop vlees.
Hier toont zich het dilemma: de calculerende consument wil wel meer betalen voor de nieuwe trui of het verantwoorde stukje vlees, maar zal redeneren dat als niet veel meer mensen meedoen, de winkels toch wel verdwijnen en de dieronvriendelijke vleesfabrieken toch wel blijven bestaan. Maar waar op microniveau weinig mogelijk lijkt, is er op macroniveau veel te bereiken. Onvoldoende wordt onderkend dat er veel zaken van waarde zijn waar geen prijskaartje aan hangt. Veel geld wordt uitgegeven aan het verfraaien van binnensteden en het leefbaar houden van dorpskernen. Waarom zou de overheid geen prijsregulerende maatregelen kunnen nemen zonder het marktmechanisme te ontregelen?
Net zoals er accijns wordt geheven op benzine en sportactiviteiten worden gesubsidieerd, zou men kunnen overwegen om vlees uit de bio-industrie zwaarder te belasten. Voor de productie van biologisch vlees zouden juist de subsidies moeten worden uitgebreid. De detailhandel kan een helpende hand worden geboden door de omzetbelasting voor de kleine winkelier te verlagen. De overheid doet er goed aan deze zaken niet over te laten aan de ‘markt’.
De auteur schrijft op freelancebasis over ontwikkelingen in de economie en op de financiële markten.