Vidkun Quisling, de collaborerende Noorse leider tijdens de Duitse bezetting, beval in 1942 de registratie van de 2100 Noorse Joden. Meer dan een derde van hen werd gedeporteerd naar de vernietigingskampen van de nazi’s. Anderen slaagden erin naar het onbezette buurland Zweden te vluchten.

Volgens de historicus Paul Levine lijkt het gedrag van de Noren op dat van het regime van Vichy in Frankrijk: „Zij pasten hun eigen anti-Joodse wetten toe, gebruikten hun eigen mensen, namen eigendommen in beslag en discrimineerden Joden nog voordat de Duitsers erom hadden gevraagd. Noorwegen hoefde niet te doen wat het deed.”

In 1998 erkende Noorwegen reeds de rol van de staat tijdens de Holocaust, maar bood nog geen excuses aan.