Buitenland

„Geen straffeloosheid meer in Kenia. Genoeg!”

APELDOORN – „Doe niet vaag, op naar Den Haag”, klonk het na de bloedige verkiezingen van 2007 in Kenia. De zaak van het strafhof tegen zes Kenianen zet het mes echter diep in het etnisch verdeelde Keniaanse vlees.

Mark Wallet
27 January 2012 10:20Gewijzigd op 14 November 2020 18:56
Zaak tegen zes Kenianen. Foto EPA
Zaak tegen zes Kenianen. Foto EPA

Het gaat er op het Twitteraccount van de Keniaanse politicus Uhuru Kenyatta ongedwongen aan toe. Vorige week zette hij als minister van Financiën nog een joviale uitnodiging („Hey guys”) op het sociale medium om mee te denken over de nationale begroting van 2012 van Kenia. Op de site van het ”Team Uhuru” nodigt een digitaal „ideeëncafé” bovendien uit tot interactie en dialoog. Het lijkt allemaal bijna D66-achtig democratisch.

Het Internationaal Strafhof in Den Haag (ICC) schaalde het democratisch gehalte van Kenyatta deze week echter heel wat lager in. Het strafhof stelde hem –met nog drie prominente landgenoten– in staat van beschuldiging wegens misdaden tegen de menselijkheid rond de verkiezingen van eind 2007. Kenyatta zou leden van de gevreesde Mungikisekte hebben ingehuurd om geweld te gebruiken tegen volken met een andere politieke voorkeur.

En toen was de democratische Twitteruitnodiging van vorige week alweer verjaard. Kenyatta stapte donderdag op als minster van Financiën. In de afgelopen dagen drongen oppositie en media sterk aan op zijn terugtreden. Met hem stapte ook de belangrijkste ambtenaar van het land, Francis Muthaura, op. Hij geldt als de rechterhand van president Mwai Kibaki.

Ondertussen blijft Kenyatta opmerkelijk genoeg echter wel aan als vicepresident én als presidentskandidaat voor de verkiezingen later dit jaar. Dat vroeg om reacties. „Uhuru (…) zou ook moeten stoppen met campagnevoeren voor het presidentschap totdat hij onschuldig is verklaard voor het strafhof. Geen straffeloosheid meer in Kenia! Genoeg is genoeg!” reageerde een zekere ”Tankman” op de site van de Keniaanse krant Daily Nation.

”Tankman” legt de vinger bij een cruciaal punt. Kenia heeft een geschiedenis van straffeloosheid rond verkiezingen. Sinds de eerste vrije stembusgang in Kenia in 1991 is er nog nooit een parlement of president gewisseld zonder geweld.

Veel Kenianen hopen erop dat de verkiezingen, later dit jaar, nu eens geweldloos zullen verlopen. De spannende vraag rond deze strafhofzaak is uiteindelijk of die van Kenia een democratischer land kan maken. „Wat in Kenia gaande is, is een experiment in bestuur”, tekende een analist deze week op.

Hoewel veel Kenianen –volgens peilingen een meerderheid van zo’n 63 procent– het onderzoek van het strafhof toejuichen, liggen de zaken in het land echter verdeeld. Sinds het strafhof op 10 december 2010 de namen van de zes verdachten (zie kader) bekendmaakte, begonnen die een intensieve campagne waarin ze zichzelf opwierpen als slachtoffers. Politieke opponenten zouden hen via het Haagse hof willen weerhouden van participatie aan de verkiezingen van 2012.

Uit een rapport van de International Crisis Group blijkt dat ze behoorlijk succesvol waren met hun campagnes. Wat daarbij nadrukkelijk meespeelt zijn de etnische geschillen. Toen het strafhof in 2010 de zes namen van de gedaagden bekendmaakte, daalde de steun voor het strafhof in specifieke etnische groepen zienderogen. Geen enkele etnische groep wil namelijk een vertegenwoordiger van hen terecht zien staan.

Geschillen in Kenia raken vrijwel altijd de etniciteit. Tijdens de verkiezingen in 2007 gold een stem op oppositieleider Raila Odinga niet alleen als een stem tegen de zittende president Mwai Kibaki, maar vooral ook als een stem tegen de invloedrijke Kikuyu. Odinga wierp zich nadrukkelijk op als Luo, die een einde wil maken aan de traditionele dominantie van het volk van Kibaki.

Het verdere verloop van de strafhofzaak zal dan ook directe gevolgen kunnen hebben voor de stabiliteit in Kenia, te meer daar er naast Kenyatta (een Kikuyu, afkomstig uit het kamp-Kibaki) nog een presidentskandidaat onder verdenking staat: William Ruto (een Kalenjin, afkomstig uit het kamp-Odinga). Als een van hen vrijgesproken zou worden, vliegt de vlam zomaar in de pan.

Uiteindelijk blijft het gaan om de vraag die de eerder geciteerde ”Tankman” stelt: „Is Kenia werkelijk één land, of slechts een verzameling volken? Zo niet, hoe kunnen we er één land van maken?” Die vraag gaat vooraf aan elke poging tot democratisering.


Zaak Strafhof

Vier Kenianen moeten zich voor het Internationaal Strafhof verantwoorden voor hun rol bij het verkiezingsgeweld na december 2007: William Ruto (een van de leiders van de oppositiebeweging ODM); Uhuru Kenyatta; Joshua arap Sang (presentator van het Kalenjinradiostation Kass FM) en
Francis Muthaura (prominente functionaris van de PNU-partij van president Kibaki).

De aanklagers gaan door met het onderzoek naar twee andere prominenten: de politicus Henry Kosgey en voormalig politiechef Mohammed Hussein Ali. Zij worden vooralsnog niet vervolgd.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer