Raad van State: minimumstraffen onwenselijk
DEN HAAG (ANP) – De invoering van minimumstraffen is zeer onwenselijk. Rechters hebben daardoor niet meer genoeg vrijheid om per strafzaak de omstandigheden mee te laten wegen in het vonnis. Dit betekent een „substantiële verstoring” van het evenwicht tussen wetgever en rechter.
Dat staat in het advies van de Raad van State over het wetsvoorstel voor minimumstraffen, dat dinsdag openbaar is geworden. Als een veroordeelde binnen tien jaar een misdrijf pleegt waarop een maximale straf van minstens 8 jaar staat, moet de rechter de helft van het strafmaximum opleggen.
De rechter kan wel van het minimum afwijken, maar de Raad van State vindt de ruimte daarvoor te beperkt. Daarom zou het kabinet de mogelijkheden om een andere straf op te leggen moeten verruimen. De raad vindt ook dat de minimumstraf hoogstens een derde van het strafmaximum zou moeten zijn.
Het hoogste adviesorgaan van de regering vindt verder dat het kabinet niet duidelijk heeft gemaakt in hoeverre er een probleem zou bestaan met het opleggen van straffen.