Kamp: Kamer krijgt geen inzage in geheime rapporten
Minister Kamp van Defensie is niet van plan de Tweede Kamer inzage te geven in vertrouwelijke rapporten van de Militaire Inlichtingen en Veiligheidsdienst (MIVD) over Irak. Wel is hij bereid de Kamer zo nodig nadere uitleg te geven over het besluit van Nederland om de oorlog tegen het bewind van de Irakese dictator Saddam Hussein te steunen.
In een interview met NRC Handelsblad van vrijdag zegt Kamp geen enkele aanwijzing te hebben dat de MIVD hem van ’gekleurde’ informatie heeft voorzien. De bewindsman reageerde met zijn opmerkingen op kritiek uit de PvdA. De partij vraagt zich af of Nederland door de Amerikaanse en Britse inlichtingendiensten niet op het verkeerde been is gezet over de aanwezigheid van massavernietigingswapens in Irak.
In Washington en Londen woedt een felle discussie over mogelijke manipulatie van informatie uit inlichtingenrapporten. De Amerikaanse regering moest toegeven dat zij ten onrechte melding heeft gemaakt van een poging van Irak om verrijkt uranium in Niger aan te kopen. De Britse premier Blair kwam in de problemen door de zelfmoord van een wapendeskundige van het ministerie van Defensie. De man zou de BBC hebben verteld dat het gevaar van Irakese chemische wapens niet zo groot was, als de Britse regering wilde doen geloven.
PvdA–woordvoerder Koenders wil weten of de Nederlandse regering op basis van de juiste informatie haar steun aan het Amerikaans–Britse optreden heeft gegeven. Er zijn immers nog steeds geen massavernietigingswapens gevonden. En de mogelijke aanwezigheid van deze wapens was voor de regering een belangrijk argument om zich achter de Verenigde Staten te scharen.
Eerdere vragen aan de minister van Buitenlandse Zaken leverden volgens zijn zeggen onvoldoende informatie op. Via de Tweede–Kamercommissie van Buitenlandse Zaken probeert Koenders opnieuw de onderste steen boven te krijgen, onder meer via vertrouwelijke inzage van de Kamer in de rapporten van de MIVD.
Kamp zegt in het interview nog steeds achter zijn conclusies en die van minister De Hoop Scheffer van Buitenlandse Zaken te staan. Hij vindt nog steeds dat de regering de Kamer correct heeft geïnformeerd en dat er geen sprake is geweest van overdrijving van de feiten. Hij gaat er verder van uit dat ook bij de Amerikanen en Britten correct is gehandeld.