De coffeeshophouders gaan niet in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank in juni 2011 dat ze geen recht hebben op schadevergoeding. Die eisten ze omdat ze in september 2009 werden gedwongen hun deuren te sluiten. Volgens de rechter is het een normaal bedrijfsrisico dat aan het gedogen van de verkoop van softdrugs een einde komt. Het besluit van de burgemeesters om de shops te sluiten, was rechtmatig, aldus de rechter. Ook de Raad van State kwam al tot een dergelijke conclusie.

Volgens advocaat Harry Nieland zijn de juridische mogelijkheden nu uitgeput. De coffeeshophouders zouden de financiële consequenties van verder procederen hebben gevreesd. „Gemeenten hebben meer financieel uithoudingsvermogen,” zegt hij. „Bovendien zijn mijn cliënten van mening dat het algemene politieke klimaat zodanig gericht is tégen coffeeshops dat het besluit van de rechter daar mogelijk door wordt beïnvloed.”