Sociale vlaktaks verdient aanbeveling boven splitsingsstelsel
Een vlaktaks verdient aanbeveling boven het door de SGP gepropageerde splitsingsstelsel, betoogt Raymond Gradus.
Het wetenschappelijk instituut van de SGP oppert in een nieuwe studie de mogelijkheid om een splitsingsstelsel te (her)introduceren. In dat geval is het gezamenlijke inkomen van beide partners de basis voor belastingheffing.
Het instituut stelt concreet voor om de gezamenlijke inkomsten voor 50 procent toe te rekenen aan iedere echtgenoot. Hierdoor maakt het niet meer uit wie van beide partners het inkomen levert. ”Second best” zou volgens het rapport de sociale vlaktaks zijn.
Het is inderdaad niet wenselijk dat de fiscus achter de voordeur meekijkt, maar een splitsingsstelsel is daarvoor niet nodig en onnodig gecompliceerd. Het voorstel lijkt sympathiek, maar spant uiteindelijk het paard achter de vereenvoudigingswagen.
Bovendien zal het ten koste gaan van de participatie van partners, die bijvoorbeeld in de zorg- en de onderwijssector van cruciaal belang is. Een sociale vlaktaks, met één belastingtarief voor al het inkomen afkomstig uit arbeid, in combinatie met een systeem van inkomensondersteuning door toeslagen verdient dus de voorkeur en is daarmee ”first best”.
Naast de inkomstenbelasting spelen in een christendemocratische visie op het inkomensbeleid de inkomensafhankelijke toeslagen een cruciale rol. In het bijzonder drie bestedingscategorieën zullen de doorslag geven bij de vraag of een huishouden fatsoenlijk kan rondkomen. Concreet gaat het om de kosten van kinderen, de ziektekosten en de woonlasten.
Sinds 2001 hebben deze financiële tegemoetkomingen de vorm van een heffing, die wordt afgebouwd met een vast percentage vanaf het minimuminkomen. Sinds 2008 is er ook het kindgebonden budget, waarbij de gezinsdraagkracht wordt meegewogen.
Een systeem van een sociale vlaktaks heeft veel voordelen. Voor iedereen geldt dan hetzelfde belastingtarief, ook voor aftrekposten. Hiermee worden beslissingen binnen gezinnen gerespecteerd. Bovendien worden gezinnen verlost van een ingewikkelde discussie over het verplaatsen van aftrekposten in de loop van de tijd en tussen leden van een gezin.
Terecht wordt in de SGP-studie opgemerkt dat een splitsingsstelsel deze voordelen ook heeft. De sociale vlaktaks kent echter nog andere voordelen die een splitsingsstelsel niet biedt. Zo neemt een vlaktaks de prikkel weg om een eigen huis of een eigen bedrijf met zo veel mogelijk geleend geld te financieren. Verder wordt het belastingsysteem eenvoudiger en stimuleert het daarmee economische groei en banen.
Tot slot, een splitsingsstelsel kent belangrijke herverdelingseffecten tussen bijvoorbeeld kostwinners en tweeverdieners, terwijl een sociale vlaktaks door een solidariteitsheffing voor topinkomens en een andere financiering van de Zorgverzekeringswet weinig herverdeeleffecten heeft.
De auteur is directeur van het wetenschappelijke instituut van het CDA.