Dat blijkt uit een deze week gepubliceerd onderzoek van LifeWay Research onder duizend voorgangers van zowel evangelicale als meer liberale (”mainline”) kerken.

Een grote meerderheid (72 procent) van de voorgangers is het oneens met de stelling dat God evolutie gebruikte om de mens te scheppen. Van de evangelicale voorgangers stemt slechts 8 procent hiermee in, bij hun meer liberale collega’s is dat 25 procent. Daarbij zijn voorgangers van grote gemeenten en hoger opgeleide voorgangers positiever over de evolutietheorie dan voorgangers van kleine gemeenten.

De overtuiging dat evolutie een rol heeft gespeeld in de schepping van de mens is het sterkst in het noordoosten, de meest seculiere regio van de VS. Daar gelooft een kwart dat evolutie een rol speelde in de schepping van de mens, tegen 8 procent in de zuidelijke staten, waar de Amerikaanse biblebelt ligt.

De voorgangers zijn ook redelijk eensgezind in de overtuiging dat Adam en Eva historische personen zijn die echt hebben bestaan: 82 procent deelt deze overtuiging. Zoals te verwachten vindt deze stelling onder de evangelicale voorgangers de meeste instemming.

Over de ouderdom van de aarde zijn de meningen scherper verdeeld. Van de voorgangers is 46 procent van mening dat de aarde ”jong” (circa 6000 jaar oud) is, terwijl 43 procent van de voorgangers gelooft in een oude aarde. Het geloof in een jonge aarde is het sterkst onder jonge en lager opgeleide voorgangers.

Ruim een derde van de voorgangers geeft aan het onderwerp schepping of evolutie meer dan één keer per jaar aan de orde te stellen. Een kwart doet dat ongeveer één keer per jaar, 29 procent doet het zelden en 8 procent van de voorgangers laat de kwestie op de preekstoel helemaal links liggen.