Kerk & religie

Kerk kan veel besparen op energie

GENDRINGEN – Lampen in een kerkgebouw zijn meer dan alleen verlichting. Ze bepalen de sfeer. Ze richten de aandacht van kerkbezoekers op het liturgisch centrum. De licht­architect is daarom een belangrijke persoon bij kerkbouw en -restauratie.

28 December 2011 09:12Gewijzigd op 14 November 2020 18:25
Lichtarchitect Hendrik Jan Vermeulen adviseerde het kerkbestuur van de Grote Kerk in Wijk bij Duurstede over een nieuwe verlichtingsplan. Foto Vermeulen Lichtarchitectuur/Doortje Schuthof-Vermeulen
Lichtarchitect Hendrik Jan Vermeulen adviseerde het kerkbestuur van de Grote Kerk in Wijk bij Duurstede over een nieuwe verlichtingsplan. Foto Vermeulen Lichtarchitectuur/Doortje Schuthof-Vermeulen

Dat is de boodschap die verlichtingsconsulent Hendrik Jan Vermeulen laat klinken in het boekje ”10 jaar licht… en de kerk”, dat verscheen ter gelegenheid van het tienjarig bestaan van zijn adviesbureau.

Vermeulen adviseerde een lange rij kerkbesturen bij het maken van een goed verlichtingsplan voor hun kerk. Veel room-katholieke kerkgebouwen werden door de specialist uit het Achterhoekse Gendringen uitgelicht, maar ook de Grote Kerk van Naarden, de Jacobikerk en de Janskerk in Utrecht, de Cunerakerk in Rhenen, de hersteld hervormde Pniëlkerk in Barneveld en de christelijke gereformeerde kerken van Naarden, Zeist en Urk (Ichthuskerk).

Kerkbesturen zien zich vaak gedwongen na te denken over nieuwe verlichting. Soms is de oude verlichting aan vervanging toe, maar steeds vaker spelen (te) hoge energiekosten een rol. Moderne verlichting kan voor een flinke kostenbesparing zorgen, blijkt uit de beschrijving van verschillende projecten in het boek. Zo is door het aanbrengen van nieuwe verlichting in de Martinuskerk in het Brabantse Cuijk een energiebesparing gerealiseerd van 13.000 watt per uur. „Dat had niemand durven dromen.” In de net weer geopende Sint-Joriskerk in Amersfoort heeft Vermeulen naar verwachting een besparing op de stroomkosten weten te realiseren van circa 10.000 euro per jaar (bij 25 uur verlichting per week).

Kerkgebouwen zijn ook steeds vaker niet meer voor de eredienst in gebruik. Om de kerken exploitabel te houden, kiezen kerkbesturen er daarom voor ander gebruik toe te laten: concerten, tentoonstellingen, congressen, recepties. Zulke activiteiten vragen om andere verlichtingsmogelijkheden dan een kerkdienst.

Zo maakte Vermeulen voor de Janskerk in Utrecht een verlichtingsplan dat paste bij een reeks aan verschillende vormen van gebruik. De kerk is zondags in gebruik voor erediensten, maar doordeweeks als multifunctionele zaal. In de kerk hangt een bijzondere schotelvormige lampconstructie die de kerk elk halfuur anders kan verlichten. Het is een onderdeel van het Trajectum Lumen, een project waarbij op verschillende plaatsen in de stad gebouwen artistiek zijn verlicht.

Indirect

Vermeulen past een aantal moderne technieken toe dat volgens het jubileumboek succesvol blijkt te zijn. Zo werkt hij veel met indirect licht. Vermeulen is daarbij geïnspireerd door de Zwitserse verlichtingspionier Christian Bartenbach, bij wie hij in de leer ging. Bartenbach hanteert als een van zijn uitgangspunten dat licht er moet en mag zijn, maar dat de bezoeker van een ruimte niet direct in de gaten moet hebben waar het vandaan komt.

Dat principe past Vermeulen veel toe. Hij ontwikkelde er met een partner een eigen systeem voor, met spotlights en spiegels. Hij introduceerde het onder meer in de Koepelkerk in Bussum. De koepel wordt er zo verlicht dat daarmee ook direct een groot deel van de kerkruimte voldoende verlicht is.

De protestantse Vermeulen haalt opvallend veel klussen van rooms-katholieke parochies binnen. „De eerste projecten in de Rooms-Katholieke Kerk waren voor mij echte uitdagingen. Met name op het persoonlijke vlak heb ik veel opgestoken en ontdekt dat we –protestanten en katholieken– veel van elkaar kunnen leren en dat we vaak vanuit dezelfde Basis werken.”

Er is wel een verschil in lichtbeleving tussen de twee geloofsgroepen, stelt pastor N. Wauters van een kerk in het Belgische Mol in het boek. „Protestanten willen witter licht, helderder licht. Katholieken houden meer van wat geler licht.”

Vermeulen geniet van de contacten die hij met allerlei kerkbestuurders en vrijwilligers heeft. „Ik houd ervan om in kerken met vrijwilligers te werken en die kom je daar heel veel tegen. Allemaal mensen met hart voor hun kerk en vaak enorm gedreven en betrokken bij hun kerk. Samen met die mensen ga je door een proces heen. Dat begint met ”we moeten iets doen aan de verlichting in onze kerk”, tot het moment dat de laatste lamp is geplaatst en alles naar tevredenheid van kerkbestuur en mij is opgelost. Dat proces kost veel tijd en energie, maar je helpt elkaar erdoorheen omdat je streeft naar hetzelfde doel, namelijk dat mensen zich prettig voelen als ze de kerk bezoeken.”

In die contacten gaat het vaak niet alleen over het licht in de kerk, maar ook over het Licht der wereld. „Ik probeer altijd het verband te leggen tussen het licht ín de kerk en het licht ván de kerk”, zegt Vermeulen, die op zijn website www.lichtendekerk.nl verwijst naar Genesis 1:14-16, waar de schepping van de „lichten”, zon, maan en sterren, staat beschreven. Het Bijbelse licht is zijn inspiratiebron, stelt hij enthousiast.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer