„Val van kabinet-Rutte dichtbij”
Aan het eind van het politieke jaar wordt er veel teruggeblikt. Minstens zo belangrijk is echter wat komen gaat. Wat brengt ons 2012, het jaar dat PVV-leider Wilders al in september bestempelde als „het jaar van de waarheid”? Politicoloog Van Schendelen: „Het zou mij zéér verbazen als dit kabinet er in mei nog zit.”
Een „verstandshuwelijk” noemde Wilders de politieke samenwerking van zijn PVV met VVD en CDA eerder dit jaar. Een zuinige typering voor een coalitie waarvan velen al bij de start vermoedden dat zij 2011 niet eens zou overleven. Maar zie, ruim twaalf maanden later zit de gedoogde minderheidsregering nog altijd fier in het zadel.
En eigenlijk denkt politicoloog en publicist Gerard Drosterij dat dit over nóg eens twaalf maanden opnieuw het geval zal zijn. Want wie zou dit kabinet moeten laten vallen? Wilders?
De vraag hoe de PVV-leider zich precies zal opstellen als de economische malaise het kabinet voor een nieuwe bezuinigingsronde plaatst, staat volgens de politicoloog gelijk aan „een blik werpen in een kristallen bol.”
Wel is het Drosterij, in de periode dat Wilders meedraait op het Haagse toneel, duidelijk geworden dat „de man niet handelt vanuit principes, maar puur vanuit de strategische visie” om het aantal PVV-zetels te maximaliseren. „Wilders heeft geen principes. De stekker eruit trekken omdat ‘iets’ hem te ver gaat, doet hij niet.”
Dat blijkt volgens Drosterij, die tot voor kort als politiek filosoof verbonden was aan de universiteit van Tilburg, genoegzaam uit de opsomming die de SP onlangs maakte van alle punten die de PVV aan haar kiezers had beloofd maar „in de achterliggend periode toch heeft ingeleverd.”
Aan botte eisen van Wilders, die onlangs aangaf vooral te willen bezuinigen op ontwikkelingshulp en absoluut niet op de hypotheekrenteaftrek, moet daarom niet te zwaar worden getild, meent ook Peter van der Heiden, politicoloog aan de Radboud Universiteit Nijmegen. „Hij kan hard uit de hoek komen, maar hij vergeet het allemaal ook weer snel. Neem bijvoorbeeld de onaantastbaarheid van de AOW; dat was voor hem tijdens de campagne absoluut een breekpunt, maar direct na de verkiezingen gaf hij die eis al op.”
Uiteindelijk wordt het in 2012 voor Wilders vooral een kwestie van afwegen of de voordelen van deze coalitie nog opwegen tegen de nadelen ervan, denkt Van der Heiden. En die nadelen komen er in groten getale aan, meent hij. „Van de afspraken omtrent migratie komt totaal niets terecht, simpelweg omdat het taaie materie betreft en het van Europa niet mag. Wilders kan zich nog een tijdje op de been houden met het verweer dat het kabinet het in Brussel nog steeds aan het probéren is, maar op een gegeven moment wordt ook die uitvlucht ongeloofwaardig.”
Als er dan straks ook nog maatregelen op tafel komen als het snoeien in de zorg en een beperking van de hypotheekrenteaftrek, die voor Wilders niet meer uit te leggen zijn aan Henk en Ingrid, „kan dat voor hem aanleiding zijn de handdoek in de ring te gooien.”
De kans daarop acht Van der Heiden zeer reëel. „Hoelang kun je mensen trekken met je anti-islamstandpunt, maar ze tegelijkertijd in financieel opzicht een mes in de rug steken? Ik geef het kabinet daarom 75 procent kans dat het in 2012 ten val komt.”
Ook Drosterij meent dat Wilders om verantwoordelijkheid voor pijnlijke bezuinigingen te vermijden, wellicht de gok zal wagen van nieuwe verkiezingen. Dat de PVV vervolgens door geen enkele partij nog serieus wordt genomen als mogelijke coalitiepartner, staat volgens hem niet op voorhand vast. „Het wordt steeds moeilijker om met drie partijen een coalitie te vormen. Wilders kan erop gokken dat men gewoonweg niet om hem heen kán.”
Veel zal in dat opzicht afhangen van hoe de PvdA zich ontwikkelt, meent Drosterij: „Als die partij erin slaagt opnieuw een politieke factor van betekenis te worden door weer feeling met de achterban te krijgen, kan dat Wilders doen inbinden. Met een bloeiende PvdA die benadrukt dat keihard bezuinigen de stabiliteit van het land ondergraaft, zal Wilders het niet aandurven om de verhoudingen met Rutte en Verhagen al te veel op de proef te stellen. Sowieso vraag ik me af of Rutte, die nu zulke lovende kritieken krijgt terwijl hij goed beschouwd slechts glimlachend en oppervlakkig verantwoording aflegt van zijn keiharde ingrepen, daar volgend jaar nog mee wegkomt als steeds meer burgers de gevolgen van zijn beleid gaan ondervinden.”
Dat het CDA, zoals staatssecretaris Bleker recent suggereerde, wel eens een streep zou kunnen trekken en de coalitie opblaast wanneer de PVV de ontwikkelingshulp aantast, acht Drosterij onwaarschijnlijk. „Verhagen zal er veel, zo niet alles, aan gelegen zijn de coalitie overeind te houden. Hij beseft heel goed dat stoppen met dit kabinet voor hem persoonlijk het einde van zijn carrière betekent.”
Dat binnen het CDA de rechtse dominantie afbrokkelt en mensen zoals partijvoorzitter Peetoom de partij weer naar het midden willen trekken, doet er weinig toe, meent Drosterij. „De macht ligt niet bij de partij maar bij het kabinet. En daarin zien ik nog niet zo snel een CDA’er tegen Verhagen opstaan.”
Waar Drosterij en Van der Heiden de PVV zien als meest waarschijnlijke spelbreker, verwacht de Rotterdamse politicoloog Rinus van Schendelen juist beslissende actie vanuit het kamp van VVD en CDA. „Die partijen komen hopeloos klem te zitten tussen de immigratieagenda van gedoogpartner PVV enerzijds en de Europese financieel-economische en monetaire crisisagenda anderzijds. De gevolgen van de economische crisis komen steeds harder op ons af. De echte ontslagen beginnen nu al de huiskamer in te komen.”
Reeds binnen enkele weken zal volgens hem voor iedereen duidelijk worden dat Rutte en Verhagen met hun gedoogconstructie geen kant meer op kunnen. „Dan komt het Centraal Planbureau met zijn cijfers over de noodzakelijke extra bezuinigingen, die zeker 5 tot 9 miljard euro zullen bedragen. En als dat vormgegeven moet gaan worden, hebben we de poppetjes aan het dansen”, aldus Van Schendelen, die daarom de kans „uitermate klein, zo niet nihil” noemt dat dit kabinet er in mei nog zit.
De Rotterdamse hoogleraar acht het aannemelijk dat de coalitiepartners VVD en CDA de PVV gaan inwisselen voor de PvdA. En dat zonder nieuwe verkiezingen. „Die werkwijze is voor veel partijen voordelig. Ga maar na. We zien het toch niet gebeuren dat Rutte iedere keer met de pet in de hand langs moet bij D66, GroenLinks en ChristenUnie, een trio dat sowieso niet makkelijk met elkaar door één deur kan? Als VVD en CDA een akkoord, zeg maar: een nieuw regeerakkoord, kunnen sluiten met de PvdA, hebben ze in één klap dertig zetels binnen en zijn ze meteen verlost van het probleem dat ze in de Senaat nu geen meerderheid hebben.”
Noch de VVD, noch het CDA is momenteel gebaat bij verkiezingen, denkt Van Schendelen. „Het CDA heeft geen zin in opnieuw een electorale dreun. Die partij heeft ook te veel interne problemen. En de VVD kan, als zij zonder nieuwe verkiezingen verder regeert, de grootste blijven en de premier blijven leveren. Als de liberalen daarin slagen, vinden zij het allang best.” Ook voor de intern verdeelde PvdA is in de coalitie stappen zonder verkiezingen een aantrekkelijk route. „Kan rasbestuurder Cohen eindelijk gaan doen wat hij beoogde en waar hij het beste in is: minister zijn.”
Staatsrechtelijk is het goed mogelijk, betoogt Van Schendelen. „Het is in het verleden vaker gebeurd dat er op basis van één verkiezingsuitslag meerdere kabinetten werden gevormd. Daarvan zijn plenty voorbeelden. Niets geks aan. En het wordt nergens verboden. Let wel: de formele verkiezingsdatum is pas in mei 2015. Dus eigenlijk hebben we nog drieënhalf jaar te gaan, bijna een volle periode.”
De middencoalitie die Van Schendelen ziet ontstaan, zal –vermoedt hij– de naam krijgen van „een nationaal crisiskabinet” of iets dergelijks. „Dat klinkt stukken beter dan middenkabinet.”
De fase van verkiezingen overslaan is in crisistijd in het algemeen belang, stelt Van Schendelen. „De laatste keer besloeg de verkiezingsperiode, all-in, negen maanden. Ne-gen maan-den! In die tijd wordt er weinig of geen beleid gemaakt en is daadkrachtig regeren onmogelijk. Het valt aan de burger goed uit te leggen dat verkiezingen nu geen goed idee zijn, aangezien ons dat ten minste 3 miljard extra staatsschuld scheelt. Dat kun je zó uitrekenen. Nou burger, hoe wilt u het hebben? Zegt u het maar!”
Maar Wilders, zou die de huidige constructie toch niet het liefst in stand houden? Van Schendelen: „Dat geloof ik niet. Het is waar, als de zaak breekt, komt hij aan de zijlijn te staan. Maar dan gaat hij toch weer lekker verder met zijn permanente campagne? Nee, maak je over hem geen zorgen. Die vermaakt zich wel.”