Nederlanders horen bij de grootste pessimisten van Europa; 76 procent verwacht dat het ergste nog moet komen. Alleen de Britten, Portugezen, Cyprioten en Luxemburgers zijn nog grotere doemdenkers.

De Grieken zijn in zak en as als het gaat om de staat van hun economie. Bijna iedereen (99 procent) gaf aan dat de Griekse economie „totaal slecht” is. Het meest optimistisch zijn de Zweden. Slechts 14 procent van de Zweedse ondervraagden gaf de economie deze (af)waardering. Nederlanders zijn meer verdeeld. 56 procent vindt de staat van de Nederlandse economie goed, tegen 44 procent die de Nederlandse economie het predicaat slecht geeft.