Zendingswerker moet zich bij thuiskomst vaak ‘resetten’
EMMELOORD – Eén van de vijf zendingswerkers van Operatie Mobilisatie (OM) geeft aan bij terugkeer naar Nederland perioden te kennen waarin ze zich geestelijk, mentaal of emotioneel terugtrekken uit het leven. Voor bijna de helft van deze groep duurt deze periode langer dan één jaar.
Dit blijkt uit het onlangs gepresenteerde afstudeeronderzoek van Emiel Bolks bij de opleiding Theologie aan de Christelijke Hogeschool in Ede. Bolks zette een enquête op, die door 123 zendingswerkers van OM werd ingevuld. Deze zendingswerkers kwamen de afgelopen tien jaar terug in Nederland.
Op de meerkeuzevraag „Hoe zou je de periode van gewenning willen omschrijven” koos 21 procent voor het meest negatieve antwoord dat mogelijk was. Een ander opvallende uitkomst van het onderzoek was, dat voor 48 procent van de zendingswerkers het geestelijk niveau in hun thuisgemeente tegen viel.
Dat de ‘re-entry’ een impact heeft op de zendingswerkers is al langer bekend. Het unieke van dit onderzoek is dat er –in plaats van enkelingen– meerdere zendingswerkers van één organisatie tegelijk hun ervaringen konden delen. Naast de vele positieve ervaringen en de geestelijke verrijking op het zendingsveld, bevestigen de uitkomsten de literatuur op het gebied van re-entry. Operatie Mobilisatie was zich er van bewust dat de uitkomsten van dit onderzoek op sommige punten pijnlijk konden zijn. Dit weerhield hen er niet van om in samenwerking met de CHE de ervaringen van hun zendingswerkers te onderzoeken.
„De gevolgen van een uitzending en terugkomst zijn ten positieve en ten negatieve enorm voor de zendingswerkers. De uitkomsten van dit onderzoek mogen dan ook aanleiding zijn om een stap vooruit te zetten in de zorg voor ‘onze’ zendingswerkers”, stelt OM in hun persverklaring.