Woensdag komt het voorstel van de D66-politica in stemming in het Europees Parlement, maar of het wordt aangenomen, is nog maar de vraag. De zaak ligt buitengewoon gevoelig. „Kennelijk staat het aanvragen van een dergelijk onderzoek gelijk aan het geven van kritiek, nee erger nog, aan het volledig willen afschaffen van het terrorismebeleid.”

In ’t Veld spreekt van het „nuchter” in kaart brengen van de antiterrorismemaatregelen en het maken van een kosten-batenanalyse. Het is volgens de politica niet meer dan normaal om beleid eens in de zoveel tijd door te lichten.

De Europarlementariër wijst erop dat veel van de getroffen regels, zoals het verbod op vloeistoffen in vliegtuigen en het opslaan van persoonsgegevens, de burgerrechten hebben beperkt. Bovendien worden volgens In ’t Veld maatregelen „onder het label van terrorisme” ook gebruikt voor andere doeleinden, zoals het selecteren van bepaalde groepen mensen in een rij voor de douane. „De grenzen zijn aan het vervagen en er moet maar eens duidelijkheid over komen.”

Tegenstand komt er vooral van de christendemocratische fractie. Onbegrijpelijk, vindt In ’t Veld. „Ik stel niet voor om het Amerikaanse antiterreursysteem te ’copypasten’, maar de Amerikanen zijn wel een stuk verder als het om verantwoording gaat. Het is heel raar dat Europa daarvoor terugschrikt.”