„Reuma in voet vaak onderschat”
Als je reuma krijgt in je handen,is werken moeilijk. Iemand met reuma in de voeten ziet minder vrienden en ook winkelen wordt problematisch. Toch krijgen voeten nog te weinig aandacht in de reumatologie.
De Almelose reumatoloog Hetty Baan wil daar verandering in brengen. De noodzaak hiervan toont zij aan met de uitkomsten van het onderzoek waarop ze deze week promoveerde aan de Universiteit Twente. „Iedere reumatoloog zou de patiënt ook moeten vragen de schoenen uit te doen.”
Toen Baan zich toelegde op de reumatologie als specialisme viel het haar op dat er niet voldoende aandacht aan de voeten wordt besteed. „Dat is ook wel begrijpelijk. Er komt een patiënt bij je met klachten. Je hebt voor een consult vijftien minuten en dan heb je je tijd hard nodig. Komen daar dan voet- en enkelproblemen bij, dan moet de patiënt zijn of haar schoenen uittrekken. Vaak dragen ze orthopedisch schoeisel, lastig om uit te doen, zeker voor een reumapatiënt. Voeten ruiken niet altijd even fris, wat niet aangenaam is voor de arts maar meer nog gêne bij de patiënt veroorzaakt. En tóch zou het moeten. Doe je het niet, dan laat je een belangrijk gebied liggen dat vraagt om behandeling. Voorbijgaan aan de voetproblemen kan toename van invaliditeit in de hand werken. Ik laat de patiënt dus wél de schoenen uittrekken.”
Bij het vaststellen van reumatische artritis worden onderzoeken gedaan waarbij een zogenaamde DAS28-score wordt gehanteerd. DAS staat voor Disease Activity Score. „Er wordt gekeken naar 28 gewrichten, maar de voeten zitten daar niet bij. Als je dat wilt veranderen, moet je aantonen waarom dat zo belangrijk is. Dat heb ik met mijn onderzoek willen doen. Het is geen finaal onderzoek met uitkomsten die eenduidig de problematiek oplossen, maar het levert nieuwe inzichten op waarmee medici vooruit kunnen. Het verschaft extra informatie over reuma en moet leiden tot betere en gerichtere therapie.”
Baan wilde zichtbaar maken wat reuma voor gevolgen heeft voor de manier van lopen voor de patiënt. „Mijn proefschrift heeft als titel ”Can we explain gait changes in rheumatoid arthritis”. Onderzoek van het menselijk gangbeeld is niet nieuw. Je onderzoekt hoe mensen lopen. Dat gaat met apparatuur die de menselijke gang registreert. Het blijkt lastig om nauwkeurig de loopfunctie van de voeten te analyseren. Ieder mens loopt anders.”
Bij revalidatiecentrum Het Roessingh in Enschede wordt trouwens al langere tijd gangbeeldanalyse verricht, maar nu voor het eerst bij reumapatiënten, vertelt Baan. „Vergelijken met gezonde mensen is lastig, want er is veel variatie tussen personen. Je hebt mensen die in andermans ogen slecht lopen, terwijl ze er zelf helemaal aan gewend zijn en geen klachten hebben. Daarom hebben we klinisch onderzoek gedaan waaraan dertig reumapatiënten hebben meegewerkt. We hebben vragenlijsten voorgelegd, foto’s genomen, MRI-scans en echo’s gemaakt, naast de genoemde gangbeeldanalyse.”
Het blijkt dat een achtervoetafwijking de functie van de voet meer beperkt dan een voetafwijking in de voorvoet én dat peesafwijkingen belangrijk zijn in de beperking van het lopen, meldt Baan. „Zulke uitkomsten zijn nuttig voor de keuze van de behandeling. Daarom stellen we ook dat je bij het onderzoek naar reuma niet alleen moet kijken naar de 28 gewrichten in de DAS, maar dat dit uitgebreid moet worden met de gewrichten van de voeten. Onderzoek zoals het mijne is nodig om het beeld completer te maken. Het is een verduidelijkende tussenstap in het onderzoek én een pleidooi voor verdere studie om de problemen verder inzichtelijk te maken.”
Daarvoor moeten nog wel de nodige hindernissen genomen worden. De gangbeeldanalyse bijvoorbeeld, hoe gecompliceerd ook, is voor verbetering vatbaar. „Het is voorlopig nog een bewerkelijk onderzoek. Er worden stickers op bepaalde plaatsen op de voeten en onderbenen geplakt. Daarmee loopt de patiënt en daarvan worden opnamen gemaakt. Deze gegevens worden naderhand geanalyseerd. Gebrek aan standaardisering van gangbeeldonderzoek maakt het trekken van eenduidige conclusies moeilijk. Voorlopig is er nog geen bevredigende standaard voor gangbeeldanalyse.”
Reumatische artritis is een vaak onderschatte aandoening met ingrijpende en pijnlijke gevolgen, aldus Baan. „De beeldvorming is niet altijd correct in voorlichtingscampagnes van organisaties op dit gebied. Gelukkig zijn reumapatiënten, ondanks pijn en beperking, vaak toch in staat te blijven functioneren.”
Geboren in de Haarstraat
Iemand die Baan heet, komt uit Rijssen. „Absoluut. Ik ben er in 1965 geboren en opgegroeid. Aan de Haarstraat hadden mijn ouders een tankstation en een garage”, zegt reumatoloog dr. Hetty Baan.
Ze wilde huisarts worden, maar door een samenloop van omstandigheden kwam ze bij de reumatologie terecht en daar voelt ze zich als een vis in het water. „Mijn werk heeft veel overeenkomsten met dat van een huisarts. Vooral in het intensieve contact met de patiënten.”
Baan noemt zichzelf een praktisch ingestelde dokter die met name voldoening vindt in het contact met de patiënt. „Daarom kost het me geen moeite een vurig pleidooi te houden om meer aandacht te geven aan de voeten. Iedere patiënt die bij me komt, vraag ik de schoenen uit te trekken en dan zie ik een probleem dat soms simpel op te lossen is. Daarom moet er ook laagdrempelig doorverwezen kunnen worden naar bijvoorbeeld een orthopeed of podotherapeut.”
Baan werkt nu in de Ziekenhuisgroep Twente. Twee dagen per week is ze te vinden in Hengelo, één dag in Almelo en een halve dag op de buitenpoli in Rijssen, dicht bij de patiënten.
„Ik spreek het dialect en dat maakt het contact met de patiënt heel natuurlijk. Ik heb een patiënt die ronduit zegt dat hij alléén maar komt omdat ik plat Rijssens met hem spreek. Ouderen spreken prima Nederlands, maar toch vinden ze het vaak een verademing om hun verhaal in het dialect te mogen doen.
„Zö’w Riessens doon?” vraag ik in zo’n geval.
„Det past miej wal”, zeggen ze dan.”